Vos: Geen toekomst voor Nederlandse chauffeur
AMSTERDAM - Wim Vos, directeur van Vos Logistics, ziet op termijn geen toekomst voor de Nederlandse beroepschauffeur. „Die is niet te handhaven in verband met de kosten”, aldus de eigenaar van een van Nederlands grootste transportbedrijven.
Vos werd dinsdag uitgebreid ondervraagd tijdens een bijeenkomst van MKB-Nederland, die in het teken stond van de internationalisering. Bij zijn bedrijf, waar inmiddels meer dan een derde van de chauffeurs is vervangen door Polen, is recent geprotesteerd tegen de verdringing van de Nederlandse werknemers. Vos heeft weinig keus, zegt hij. „Sommige mensen werken bij mij al meer dan twintig jaar, maar ze zijn te duur. Dat weten ze zelf ook.” Hij toonde daarom begrip voor de dinsdag gehouden demonstratie tegen de dienstenrichtlijn in Straatsburg. „Ze moeten opletten voor hun job, voelen de hete adem van de ontwikkelingen in hun nek.”Vos bereidt zich voor op een concurrentieslag die volgens hem de komende jaren nog heviger zal worden. Als alle grenzen volledig zijn geopend, verwacht hij dat de Poolse transporteurs in West-Europa op de stoep zullen staan. „Dan bieden ze Albert Heijn of C1000 aan om alle distributie voor hun rekening te nemen. Wel met 20 procent korting.”
Vos legde de honderden aanwezige vertegenwoordigers van het midden- en kleinbedrijf uit dat hij zelf 25 jaar geleden is begonnen de blik over de landsgrenzen te richten. „Eerst in België, later in Frankrijk en Spanje. Voordat Polen zich aansloot nam Vos de op een na grootste transportonderneming (300 vrachtwagens) in dat land over. Gaandeweg verplaatste het transportbedrijf uit Oss het zwaartepunt van de activiteiten naar Warschau. In Polen staan nu 1500 chauffeurs op de loonlijst van Vos. In het eigen logistieke educatiecentrum worden de chauffeurs klaargestoomd om Europa te berijden. „Hun opleidingsprogramma’s krijgen ze gedurende de weekends”, aldus Vos. „Inclusief taalprincipes en een TomTom. Makkelijk, die dingen in 26 talen.” Hij oriënteert zich in Slowakije en heeft een samenwerkingsverband met een transportbedrijf met enkele honderden chauffeurs in Roemenië.
Is Nederland te duur, elders stuit de ondernemer op een woud aan administratieve regels. Hij kijkt soms met jaloerse blikken naar Amerika, waar de ondernemer de vrije hand wordt gelaten en werknemers zeer gemakkelijk kan ontslaan.
Uit een dinsdag gepresenteerd onderzoek blijkt dat van de bedrijven met tussen de 20 en de 250 werknemers al meer dan 40 procent internationaal actief is. In de meeste gevallen wordt werk uitbesteed, maar in 20 procent van alle gevallen gebeurt het ook door samen te werken met buitenlandse bedrijven of door buitenlands personeel in te huren. Met de uitbesteding en het inhuren van buitenlanders hopen de bedrijven kosten te besparen. Van de 2100 ondervraagde ondernemers bezit 17 procent een vestiging in het buitenland.