Ruim vijftig deelnemers zijn op de conferentie aanwezig. De bijeenkomst is georganiseerd door de IRS-werkgroep Bezinning en Evangelisatie. Het programma begon gisteravond en wordt maandagmorgen afgesloten. De tweede lezing wordt zaterdag gehouden door ds. J. S. van der Net, predikant van de gereformeerde gemeente in Houten. Deze spreekt over ”Bent u een levende steen?”. De derde lezing wordt verzorgd door ds. W. van Vlastuin, predikant van de hersteld hervormde gemeente van Katwijk aan Zee, over ”Voltooiing en Verwachting”.Ds. C. Westerink noemde het vrijdagavond „een hachelijke onderneming” om, te midden van zo veel kerkelijke verwarring, over de kerk te spreken, zeker op een interkerkelijke conferentie als deze. „Je begeeft je dan op glad ijs.” De predikant benadrukte dat de vraag naar de kerk letterlijk van levensbelang is. „Het gaat immers om de vraag naar de weg ten leven. Naar een woord van Luther bestaat het wonder van de Kerk hierin dat ze op Christus’ schouders gedragen wordt.”

Zo’n beeld maakt duidelijk, aldus ds. Westerink, dat de komst en het werk van Christus het fundament vormen waarop de Heere Zijn Kerk bouwt. De Heere bouwt Zijn Kerk door Zijn Geest en Woord. „Het is niet zonder reden dat de Heidelberger in Zondag 21 het juist in deze volgorde ziet. De Geest bedient Zich van het Woord, met inschakeling van mensen als dienaren van het Woord. Deze opbouw blijft Zijn eigen werk. Dienaren kunnen niet over de Heilige Geest beschikken. Wat daar gebeurt, is nooit helemaal te verwoorden. Hij opent het Woord voor een zondaarshart en dat hart voor het Woord. Hij laat ons zien wie we zijn in onszelf -verloren zondaren voor God- en prijst ons de Herder aan in Zijn liefde, trouw en zorg. Hij leert schapen de stem van de Herder kennen. Hij wekt in het hart van de bruid de wederliefde tot Hem, in Wie zij alles mag vinden wat zij mist. Zo bouwt de Heere Zijn Kerk.”

Dat spreekt allemaal niet vanzelf, zei ds. Westerink. „Je kunt niet zeggen: Hier is het Woord, dus hier is de Geest aan het werk. De Heere bouwt Zijn Kerk waar door de Heilige Geest Christus wordt verheerlijkt als Herder en Bruidegom. Daarmee staat of valt de kerk. Een kerk waar dat niet gebeurt, is de naam van kerk niet waard. Wordt in onze gemeenten zo met de Heere meevergaderd of niet?”

Als derde element zag ds. Westerink dat de Kerk gebouwd wordt in eenheid van het ware geloof. „De leden van de Kerk zijn hieraan te herkennen: zij zijn één zonder het in alles eens te zijn, één in Hem, Die het Hoofd is van Zijn duurgekochte kerk. Dat is eenheid die ervaren wordt dwars door kerkmuren heen, omdat ze behoren tot de kudde die de zaligheid in Jezus Christus verwacht. Dat geeft eenheid in het ware geloof, het arme zondaarsgeloof van schuldigen in zichzelf, die nochtans roemen in de gekruisigde Christus en in Gods vrije genade. Het is dat geloof, dat persoonlijk kennis heeft van ellende, verlossing en dankbaarheid. Dat is het merkteken van de ware christen.”