Financiële bezwaren mogen geen belemmering zijn, vindt de Deense premier Rasmussen. Hij nodigde deze week enkele buitenlandse journalisten uit om voor hen de prioriteiten van het Deense EU-voorzitterschap toe te lichten. Die zijn uitbreiding, uitbreiding en uitbreiding, zo maakte hij duidelijk.

Vier landen, waaronder Nederland, hechten wél grote waarde aan wat Rasmussen de financiële details noemt. Als de arme boeren in de nieuwe Oost-Europese EU-landen dezelfde subsidies krijgen als hun collega’s in het westen, gaat dat miljarden kosten. Daarom wil Nederland dat er in elk geval harde afspraken worden gemaakt over afbouw van de inkomenssteun voor boeren. Dan pas mogen de nieuwe leden erbij komen.

Maar dat vindt Rasmussen onzin. „We gaan deze historische kans toch niet verspelen door minimale kosten. De Europese Unie kost de huidige lidstaten 1 procent van hun BNP. De helft daarvan gaat naar het landbouwbeleid. De extra kosten die er nu bijkomen, bedragen 0,1 procent van ons BNP. We gaan de uitbreiding toch niet op het spel zeten voor minder dan een duizendste van onze jaarlijkse productie?”