Veluwse enclave wil geen slot op de muur
BARNEVELD - Bij de boeren in Uddel en omstreken is hij inmiddels een bekende persoonlijkheid. Steven van Westreenen zet zich in voor het behoud van de kalverhouderij op de Veluwe. En niet voor niets, hoopt hij. „De hele regio drijft op deze branche.”
Nee, rooskleurig kun je de toekomst voor de vleeskalverhouders op de Veluwe niet echt noemen. Van Westreenen heeft een mooie oneliner bedacht om de netelige situatie voor Veluwse boeren te schetsen: „Door een slot op de muur staan we met de rug tegen de muur.”De zinsnede geeft kort en bondig weer wat er nu eigenlijk aan de hand is. In de zogeheten enclave, waaronder Elspeet, Uddel, Speuld en delen van Garderen en Ermelo vallen, bevinden zich meer dan 150 agrarische bedrijven. Vooral de vleeskalverhouderij is nadrukkelijk aanwezig. Verder uitbreiden van deze bedrijven is ongewenst, vindt een meerderheid in de Gelderse politiek. Zeker aan de randen, waar natuur en bedrijf elkaar raken, moet daarom een slot op de muur. Van Westreenen: „Er mag geen meter meer worden bijgebouwd. Maar stilstand betekent voor deze bedrijven achteruitgang.”
Lichtpuntje
Nu is er een lichtpuntje voor de boeren: het slot geldt alleen voor de boerderijen die het dichtst bij de natuurgebieden liggen, letterlijk randgevallen dus. Daar geldt het slot „vanaf de staldeur.” Van Westreenen: „Meer naar het centrum van een agrarisch gebied is er wél ruimte voor uitbreiding van bedrijven.” Daar zit het slot niet op de muur, maar op het perceel: er mag wel worden bijgebouwd zolang het bouwperceel voldoende groot is.
Maar ook deze boeren kunnen er niet lustig op los bouwen: daarvoor stoten hun bedrijven veel te veel ammoniak uit. Volgens provinciale plannen moet de emissie toch al de helft minder, dus uitbreiden lijkt al helemaal geen optie. Van Westreenen: „Het probleem is simpel: er is te veel emissie van ammoniak. Dat kun je oplossen door dure technieken toe te passen, die de lucht van de stallen wassen. Maar dat kost erg veel, en bovendien duurt het jaren voordat die technieken toegepast kunnen worden. De boeren in andere delen van Gelderland komen zo in een veel gunstiger concurrentiepositie.”
Toverwoord
Maar voor de Veluwse agrariërs is er nu een toverwoord: Saldering. Althans, Van Westreenen verwacht veel van de methode. „Het salderen met milieugebruiksruimte is praktisch de enige mogelijkheid om op korte termijn beweging in de bedrijven te krijgen. Kort gezegd komt het erop neer dat de quota van een bedrijf dat stopt overgaan naar een bedrijf dat wil uitbreiden. Dus als een bedrijf dicht bij de natuur stopt omdat het toch niet meer groter kan worden, kan de vergunning voor ammoniakuitstoot gegeven worden aan een bedrijf dat wél mag uitbreiden omdat het niet zo dicht bij de natuur zit.”
Met zijn oplossing snijdt het mes aan twee kanten, aldus Van Westreenen: „Bepaalde bedrijven kunnen uitbreiden én de natuur is ermee gebaat. De uitstoot is dan immers niet langer aan de randen van de agrarische gebieden.”
Het pad lijkt desalniettemin netelig, zelfs als de politiek -over enkele maanden- zou instemmen met de salderingsmethode. Overal tegenwerking: is het niet beter het bijltje erbij neer te leggen? Buiten de Veluwe is er toch ook best te leven? De adviseur, die enkele tientallen boeren vertegenwoordigt, schudt z’n hoofd. „Natuurlijk is er buiten de enclave te leven, maar de boeren hebben hier alles opgebouwd. Er is de achterliggende jaren veel geïnvesteerd, er zijn hier verwerkende bedrijven waar ook weer hele gezinnen van afhankelijk zijn. De hele regio drijft op deze branche. Mensen zijn hier bovendien geworteld. Dan is verplaatsen echt geen optie.”
De agrarische enclave Uddel-Elspeet ligt onder vuur. Kiezen we voor bedrijven of natuur? Of kan het allebei op de Veluwe? Deel 1 van een drieluik: De belangenbehartiger van de boer.
Morgen deel 2: De wethouder.