Tot dusver dacht het kabinet met de aanleg van de Zuiderzeelijn (ZZL) twee vliegen in een klap te slaan: het oplossen van verkeersproblemen in het noordelijk deel van de randstad en het geven van een economische impuls aan het noorden van het land. „Mogelijk komt er niet één oplossing" voor deze twee problemen, zei vicepremier Zalm na afloop van de wekelijkse ministerraad.Het kabinet heeft besloten het onderzoek naar alternatieven voor een nieuwe spoorverbinding te verbreden. Daarbij hoort ook de mogelijkheid dat er een aparte oplossing komt voor de zogeheten noordvleugel van de randstad. Het noorden zou dan een nieuwe impuls kunnen krijgen door bijvoorbeeld te investeren in kennisinfrastructuur.

In april komt het kabinet met een standpunt. De Tweede Kamer is vervolgens aan zet. Na inspraak en advies zal er voor de zomer een definitiev besluit worden genomen.

Het bedoelde onderzoek („structuurvisie") naar nut en noodzaak van de snelle trein naar het noorden is afgedwongen door de Kamer, na ontluisterende rapporten over de peperdure spoorprojecten HSL–Zuid en Betuweroute.

Volgens PvdA–Kamerlid Duivesteijn, die het parlementaire onderzoek naar deze twee projecten leidde, is het kabinetsbesluit „waarschijnlijk het gevolg van negatieve uitkomsten van de nut en noodzaak van de ZZL en het voorsorteren op een separate oplossing voor de noordvleugel en Almere".

Gronings commissaris van de koningin Alders, die zich sterk maakt voor de snelle trein, trekt echter niet de conclusie dat het kabinet al de stekker uit het project heeft getrokken. „Voor mij is het nog niet einde oefening".

In de structuurvisie worden verschillende varianten voor de ZZL bekeken. Maar de komst van een supersnelle zweeftrein nemen weinigen nog serieus na felle kritiek van VVD en PvdA. De twee fractiespecialisten verkozen een goedkopere Hanzelijn–verbinding, met openbaarvervoerverbeteringen.

Het alternatief dat het kabinet nu inschuift, biedt volgens Alders de mogelijkheid om te vergelijken of en hoe de economie van het noorden op een andere manier effectiever kan worden versterkt. Alders vindt dat niet onlogisch na de afgesproken aanpak van het ZZL–project, „maar ik heb er niet veel fiducie in". De VROM–Raad, een van de belangrijke adviesorganen in politiek Den Haag, heeft volgens hem een paar jaar geleden een betere ontsluiting van het Noorden dan via een ZZL onderzocht en dat was negatief.

Het kabinet heeft voor de spoorlijn 2,7 miljard euro gereserveerd, het noorden moet 1 miljard opbrengen. De totale kosten worden op 6 miljard euro geraamd.