„We spelen hiermee in op een maatschappelijke trend”, stelt beursmanager G. Hardeman. „Toeristen hebben steeds vaker behoefte aan een ander soort vakantiegevoel.”Deskundigen waarschuwen al jaren voor de risico’s van met name het massatoerisme. De lokale natuur en cultuur kunnen zwaar lijden onder overhaaste toeristische ontwikkeling. Daarnaast heeft de grote toename in het aantal vakantievluchten negatieve gevolgen voor het wereldwijde klimaat. Met de economische opkomst van landen als China en India lijkt het einde van de groei nog lang niet in zicht voor de toerisme-industrie.

Reisorganisaties zijn de laatste jaren in Nederland schoorvoetend aan de slag gegaan met het thema duurzaam toerisme. In het verleden besteedden de standhouders op de Vakantiebeurs ook al aandacht aan verantwoorde vormen van toerisme. „Maar toen moest je er een beetje naar op zoek”, aldus Hardeman, die dit jaar voor het eerst verantwoordelijk is voor de organisatie van de beurs. „Deze keer maakt duurzaam toerisme meer dan ooit onderdeel uit van het aangeboden reisprogramma. Een toenemend aantal standhouders doet er wel iets mee. Het is tegenwoordig heel gewoon om tijdens je strandvakantie in Thailand ook een paar dagen vrijwilligerswerk te doen voor de lokale bevolking of de natuur.”

De Surinaamse minister van Toerisme, A. Amafo, komt dinsdag naar de Jaarbeurshallen om de Vakantiebeurs 2006 officieel te openen tijdens de vak- en persdag. „De afgelopen jaren was er geen officiële openingshandeling. Dit jaar doen we het anders, om wat meer aandacht te geven aan ons thema”, verklaart Hardeman.

„Suriname is op een goede manier bezig met het ontwikkelen van toerisme. Ze mikken op kleine groepen vakantiegangers en willen de eigen natuur en cultuur beschermen. Voor Nederlanders is het land extra aantrekkelijk vanwege de taal, de aardige mensen en de prachtige, ongerepte natuur.”

Suriname maakt deel uit van een nieuwe generatie landen die in het toerisme kansen ziet voor economische ontwikkeling en die zich presenteert op de Vakantiebeurs. Bezoekers van de beurs kunnen kennismaken met vertegenwoordigers van landen als Bosnië-Herzegovina, Albanië, Georgië, Benin, Burkina Faso, Mali en Uganda. Deze landen willen zich mengen in de strijd om de vakantieganger en krijgen daarbij steun van het Nederlandse Centrum tot Bevordering van de Import uit ontwikkelingslanden. Het centrum kan dat doen dankzij een subsidie van het ministerie van Buitenlandse Zaken.

Het Algemeen Nederlands Verbond van Reisondernemingen (ANVR) heeft een ”voelmuur” opgesteld in hal 2. Beursbezoekers krijgen daar voorlichting over de effecten die toerisme heeft. „Je kunt daar bijvoorbeeld ervaren hoe een stuk koraal aanvoelt en hoe kwetsbaar het is”, zegt Hardeman. „Daarmee willen we mensen aan het nadenken zetten over hun gedrag tijdens de vakantie. Duurzaam toerisme hoeft geen zweverig geitenwollensokkengedoe te zijn. Het zit in kleine dingen. Neem ik die opgezette schildpad mee als souvenir, of niet? Is het wel een goed idee om een kwartier onder een douche te staan in een ontwikkelingsland, waar water schaars is? Heb ik elke dag een schone handdoek nodig?”

Vermoedelijk is thuis vakantie vieren de beste vorm van duurzaam toerisme. De kans dat veel Nederlanders in de toekomst voor die optie gaan kiezen, is volgens Hardeman echter niet groot. „Nederland staat geloof ik in de top drie als het gaat om de meest reislustige bevolking. Vakantie is een heilige koe, net als de auto. Daar bezuinigen Nederlanders niet zo snel op.”