Het virus, dat in mei al geconstateerd was bij zeehonden uit het Kattegat, is ook vastgesteld bij een zeehond uit Nederlandse wateren.

Hoewel mensen niet met het virus besmet kunnen raken en de meeste huisdieren ingeënt zijn tegen dierenziektes, wordt afgeraden de dode dieren op het strand aan te raken, vooral omdat honden wel gevoelig zijn voor het virus.

Volgens specialisten is de omvang van de huidige uitbarsting moeilijk in te schatten. „Het aantal is nog niet zo hoog als in 1988, maar we weten niet in welk stadium van de uitbarsting we nu zitten”, zei Hans Henrik Dietz, een onderzoeker bij het Deense Instituut voor Diergeneeskunde. „We nemen de zaak heel serieus”, aldus Dietz. In 1988 stierven 18.000 zeehonden in de Noordzee aan het virus.

Het is nog onduidelijk hoe het komt dat het virus na veertien jaar weer de kop opsteekt. Ook kunnen wetenschappers niet verklaren waarom het aantal sterfgevallen vooralsnog relatief laag is. Volgens Dietz is het mogelijk dat de huidige zeehondenpopulatie een betere weerstand tegen het virus heeft.

Er leven momenteel zo’n 15.000 zeehonden in het Kattegat -het water tussen Denemarken, Zweden en Noorwegen- en ongeveer 5000 in Nederlandse wateren.