Getuige ontkent levering handgranaten
AMSTERDAM (ANP) – De 28–jarige Saleh B. heeft maandag op de zitting van de rechtbank herhaald dat hij niet de leverancier is geweest van vier handgranaten aan Hofstadverdachte Jason W. B. had die aantijging al eerder bij de rechter–commissaris als onwaar van de hand gewezen.
W. gebruikte een van de vier granaten tegen de politie, op 10 november vorig jaar. De politie wilde hem en zijn medeverdachte Ismail A. toen arresteren in W.’s woning in de Haagse Antheunisstraat. Toen het arrestatieteam zijn voordeur had ingeramd, gooide W. een granaat naar buiten. Een aantal agenten raakte toen gewond, van wie twee ernstig. Na het incident werd de woning een dag lang belegerd en konden W. en A. uiteindelijk worden gearresteerd.Volgens W. heeft Saleh B. hem een plastic tasje met daarin de vier granaten in bewaring gegeven. B. ontkent niet een of twee keer in de woning in de Antheunisstraat te zijn geweest, wel dat hij het wapentuig heeft verstrekt. Op de zitting zei hij dat W. de beschuldiging in zijn gezicht moest herhalen. „Waarom lieg je nu?" vroeg Jason W. hem daarop verbeten.
Recent DNA–onderzoek werkt in het voordeel van B. Op de granaten zijn geen sporen van hem gevonden.
B. zegt dat hij Jason W. heeft leren kennen toen hij met een kraam op de markt in Den Haag stond. W. was daarin geïnteresseerd.
B. ontkent eveneens dat hij voor de zaak tegen de Hofstadgroep is opgetreden als informant van de Algemene Inlichtingen– en Veiligheidsdienst (AIVD). Wel zei hij ooit benaderd te zijn door de dienst. „Ik zei dat ze niet veel aan mij zouden hebben", aldus B. Het contact met de dienst kwam vervolgens ten einde.
B. was maandag spaarzaam in zijn antwoorden en beriep zich veelvuldig op zijn verschoningsrecht. Hij werd op 28 oktober gearresteerd, op verdenking van onder meer deelname aan een terreurorganisatie. Ook de levering van de handgranaten maakt deel uit van die zaak.