Groot-Brittannië erkent geen bewijs na foltering
LONDEN (AP) - Britse rechtbanken mogen geen bewijsmateriaal accepteren dat in andere landen is verkregen door middel van foltering. Dat heeft het hoogste Britse rechtscollege, de Law Lords, donderdag bepaald.
Vorig jaar oordeelde een hof van beroep dat dergelijk bewijsmateriaal geaccepteerd mocht worden, op voorwaarde dat het niet door Britse agenten was verkregen. De zaak was aangespannen door tien mannen die werden vastgehouden op verdenking van betrokkenheid bij terrorisme, maar die niet officieel waren aangeklaagd. Hun advocaten voerden aan dat bewijs dat was verkregen door middel van foltering in Amerikaanse gevangenkampen niet geaccepteerd mocht worden.Een van de zeven rechters van het college, Lord Bingham, zei dat marteling in Groot-Brittannië al sinds 1640 verboden is en dat onbeëdigde verklaringen die buiten de rechtszaal zijn afgelegd sinds het begin van de 19e eeuw niet meer worden geaccepteerd.
Amnesty International en de burgerrechtenorganisatie Liberty reageerden verheugd op de (unanieme) uitspraak van de Law Lords. Volgens Liberty maakt de uitspraak duidelijk dat er als het om marteling gaat niet gemarchandeerd kan worden. Amnesty sprak van een gedenkwaardige uitspraak die korte metten maakt met de veronderstelling dat marteling onder sommige omstandigheden geoorloofd is.