De Michelle verdween op 26 augustus ongeveer 100 kilometer ten noordwesten van Den Helder in de golven na een botsing met het vrachtschip Kiefernwald. De zeven bemanningsleden konden zich met reddingsloepen in veiligheid brengen.De onder de vlag van Antigua en Barbuda varende Michelle was op het moment van het ongeval met een lading steenkool onderweg van het Poolse Gdansk naar Engeland. De ongeladen Kiefernwald kon de reis naar Cuxhaven in Duitsland vervolgen.

Omdat het deels nog drijvende wrak van de Michelle aanvankelijk in een drukke vaarroute lag en gevaar opleverde, liet Rijkswaterstaat het in september verplaatsen naar de „middenberm". Daar is het inmiddels gezonken.

Duikers van Smit onderzoeken het wrak donderdag. Het is de bedoeling de tanks van het schip met lucht ’leeg’ te persen en ondersteboven drijvend te krijgen. Het wordt daarna naar Rotterdam gesleept. Hoe lang de operatie gaat duren is niet bekend, aldus een woordvoerster van het bergingsbedrijf.

De berging gaat volgens een woordvoerster van Rijkswaterstaat „enkele" miljoenen euro’s kosten. Als Smit er in slaagt het wrak voor 15 maart van de zeebodem te plukken, krijgt het bedrijf een bonus van 250.000 euro. De landsadvocaat zal proberen de kosten op de eigenaar van het schip te verhalen, aldus de zegsvrouw.