Op 7 december presenteert artsenorganisatie KNMG de nieuwe richtlijn voor palliatieve sedatie.Voorzitter P. Holland van de KNMG hoopt dat de richtlijn een einde maakt aan de onderzekerheid die is ontstaan door de rechtszaken die tegen de Nijmeegse arts P. Vencken werden aangespannen.

Vencken diende in 2003 een stervende patiënt van het Amphia Ziekenhuis in Oosterhout een combinatie van morfine en andere medicijnen toe. Deze zomer werd hij door het gerechtshof in Den Bosch vrijgesproken van moord.

Palliatieve sedatie is het verminderen van het bewustzijn van patiënten in de laatste levensfase door het toedienen van medicijnen. Het doel is op deze wijze onbehandelbare en ondraaglijke lichamelijke of psychische klachten te verzachten. Dit kan in lichte vorm, maar ook in een diepe vorm waarbij de patiënt tot het overlijden in slaap wordt gehouden.

Palliatieve sedatie verkort het leven niet; het is geen euthanasie. Hoewel er geen richtlijnen voor waren, bleek eerder al uit onderzoek dat artsen al tijden terminale sedatie toepassen.

In de richtlijn van de KNMG staat precies omschreven onder welke voorwaarden en wanneer palliatieve sedatie is toegestaan. De richtlijn is in overleg met het openbaar ministerie opgesteld, aldus Holland woensdag. Handelen volgens de richtlijn zal door het OM gezien worden als normaal medisch handelen, zei de voorzitter.