Suriname viert feest met gemengde gevoelens
PARAMARIBO - Suriname vierde vrijdag zijn dertigste verjaardag. Op 25 november 1975 stapte het land uit het Koninkrijk der Nederlanden en werd een nieuwe republiek geboren. Wat volgde waren staatsgrepen, een militair regime, schendingen van de mensenrechten, politieke chaos en armoede. Toch voert het optimisme over de toekomst voorzichtig de boventoon.
Voor veel Surinamers kwam het als een wat misplaatste opmerking van minister-president Balkenende over. Die zei vrijdag tijdens een persconferentie in Paramaribo „diep respect” te hebben voor wat Suriname in de afgelopen dertig jaar heeft gerealiseerd. Maar weinig Surinamers kunnen de verworvenheden van de onafhankelijkheid bedenken. Dertig jaar na dato heeft Suriname meer stappen achteruit dan voorwaarts gedaan, staat het land er economisch slecht voor en leeft minstens 70 procent van de bevolking onder de armoedegrens.Surinamers zijn het in ieder geval over één ding eens: de politiek is verantwoordelijk voor het uitblijven van de welvaart die hun in 1975 in het vooruitzicht was gesteld.
De gevreesde ontmoeting tussen Balkenende en ex-dictator en huidig parlementariër Desi Bouterse bleef vrijdag uit. Sterker, Bouterse en de rest van de oppositie verlieten de speciale vergadering van het parlement op het moment dat president Ronald Venetiaan en Balkenende de volksvertegenwoordiging toespraken.
De boycot van de oppositie was de enige smet op het tweedaagse bezoek van Balkenende aan het jarige Suriname. Balkenende herhaalde dat slechts de toekomst telt en dat samen met Suriname gewerkt moet worden aan de verdere uitdieping van de relatie tussen beide landen.
Toch zijn veel Surinamers de mening toegedaan dat dertig jaar onafhankelijkheid het land weinig goeds heeft gebracht. „Je kunt de zaken niet terugdraaien, maar Suriname zou beter af zijn geweest als het nog binnen het Koninkrijk der Nederlanden had gezeten”, zegt ondernemer Kendrik Bissesar. „In 1975 werden we overgeleverd aan politici en militairen die slechts oog hebben gehad voor de belangen van zichzelf en hun eigen kliek. Niet voor niets leeft driekwart van de Surinamers dertig jaar later onder de armoedegrens.”
„Als er iets concreets veranderd zou moeten worden om de ontwikkeling van Suriname op gang te brengen, is dat de attitude van onze politici”, zegt de Surinaamse psycholoog Roy Bhikharie. „De wijze waarop politieke partijen elkaar bestrijden is niet om over naar huis te schrijven. Hoewel er gesproken wordt over onafhankelijkheid, zijn wij nog niet bevrijd van beperkende factoren van de slavernij en het kolonialisme. Dit manifesteert zich in het denken van de mensen. Wij leven nog in een geciviliseerde vorm van slavernij”, aldus Bhikharie.
Dat Suriname anno 2005 mede door het falen van de politiek niets anders is dan een ontwikkelingsland, zorgde vrijdag bij de onafhankelijkheidsviering toch niet voor een bedrukte stemming. „Zo zijn Surinamers ook”, zegt Bissesar. „Als er iets te vieren valt vergeten ze alle problemen. Onze liefde gaat immers vooral door de maag, dus met een beetje eten en drinken zijn we al snel tevreden. En vergeten we ook snel de politieke misstanden. Bij zo’n actie van Bouterse, die de zaal verlaat als Balkenende spreekt, staan we ook niet te lang stil. Het hoort een beetje bij de politieke poppenkast. Je moet hem zijn plezier gunnen, zolang hij maar niet probeert te regeren. Dan komt het met Suriname ooit wel goed.”