Defensieminister Kamp krijgt weer zijn zin
DEN HAAG (ANP) – Met hulp van partijgenoot en minister van Financiën Zalm, kreeg VVD–minister Kamp van Defensie deze week de tegenstribbelende CDA–fractie aan zijn zijde in zijn wens om dertig Tomahawk–kruisraketten aan te schaffen. Kamp kreeg daarmee dubbel zijn zin: én nieuwe helikopters, én de steun van de Kamer voor de kruisraketten.
De afgelopen jaren drukte Kamp al de sluiting van bases in Valkenburg, Twenthe en Seedorf door en verkocht hij dertien Orion–patrouillevliegtuigen. Door de deal met Zalm mag Kamp ook nog eens twee nieuwe Chinook–transporthelikopters kopen, ter vervanging van in Afghanistan gecrashte heli’s.De 53–jarige Kamp is een uitermate rechtlijnige man die op zijn ministerie op handen wordt gedragen. Hij is volgens sommigen binnen de krijgsmacht de eerste echte minister van Defensie sinds Vredeling, zei CDA–senator Lemstra vorige week bij de aanbieding van een rapport over lekken bij Defensie.
Maar er zijn aanzienlijke verschillen tussen Kamp en de PvdA’er Vredeling. Die moest door zijn topambtenaar in 1975 in kennelijke toestand uit het café worden gehaald om het contract voor de aanschaf van de F–16 te ondertekenen.
Zoiets zal de geheelonthouder Kamp niet snel overkomen. Wat hij wel met Vredeling gemeen heeft is de duidelijke taal die hij spreekt. Kamp staat altijd vierkant voor zijn mensen, de ongeveer 70.000 militairen en burgers bij Defensie. Waag het niet badinerend te spreken over zijn departement.
Tijdens een liberaal café van de VVD in Amsterdam afgelopen maandag stelde een kritische Amsterdammer („lichting 55–1") een vraag over gesjeesde vmbo’ers bij het leger. „Meneer u trapt mij op mijn ziel", antwoordde Kamp. „Dit zijn goede vakmensen. Als u daar denigrerend over spreekt, word ik boos."
De scène gaf een aardig inkijkje in het potentiële leiderschap van Kamp binnen zijn eigen VVD. Hij is in staat om mensen recht voor zijn raap de waarheid te verkondigen. En van een beetje powerplay op zijn tijd is hij ook niet vies.
Over zijn eigen mensen en materieel (waag het niet te spreken over de ’ijzerwinkel’ van Defensie) kan Kamp bevlogen en met liefde praten. De eigenschappen van de Tomahawk–kruisraket kan hem lyrisch maken. Wat is er vanuit militair oogpunt mooier dan zo’n ’mensvriendelijk precisiewapen’? „Als ik de coördinaten heb van deze tafel", zei Kamp maandag in een café op het Thorbeckeplein in Amsterdam, „zou een kruisraket precies hier terecht kunnen komen. Voor nog geen 1 promille van de jaarlijkse Defensiebegroting!"
Maar het belangrijkste bij Defensie zijn voor Kamp toch de mensen die het in vaak risicovolle omstandigheden moeten doen. In Irak, Afghanistan, Bosnië. Hij bezoekt elke vier maanden de nieuwe lichting militairen. „Dat is het moeilijkste van mijn werk, de risico’s voor mijn mensen. De verantwoordelijkheid drukt zwaar", zei Kamp in Amsterdam. De dood in 2004 van twee Nederlandse militairen in Irak heeft hem emotioneel aangegrepen.
Kamp bouwt op Defensie aan een ijzersterk imago, dat hij in de jaren ervoor in de Kamer al had neergezet als een uitgesproken VVD–woordvoerder voor asielzaken. Hij heeft ambities die verder gaan dan het ministerschap. Toen hij zich in 2003 meldde voor het VVD–fractievoorzitterschap (Zalm ging terug naar Financiën) moest hij het nog afleggen tegen Van Aartsen. Kamp zegt Van Aartsen, die hij „een slimme strateeg" noemt, te zullen steunen. „Als hij succes heeft bij de verkiezingen, ben ik tevreden."
Duidelijk in zijn uitspraken, maar ook in staat tot een charmant ontwijkend antwoord. Wat vindt u ervan als Van Aartsen lijsttrekker wordt, met Wiegel als kandidaatpremier, vroeg een Amsterdamse liberaal aan Kamp. „Dat is zulke hoge politiek, daarvoor moet je oud–militair zijn om dat te kunnen begrijpen."