De verschillen in gevoelens van eenzaamheid bij tweelingen zijn voor bijna de helft genetisch bepaald, schatten wetenschappers. De helft van de identieke tweelingen deelt dezelfde gevoelens van eenzaamheid. Bij twee-eiige tweelingen ligt dat op een kwart.Dit blijkt uit een Amerikaans-Nederlands onderzoek onder leiding van prof. dr. D. Boomsma van de Vrije Universiteit. De wetenschappers publiceerden hun onderzoek deze maand in het tijdschrift Behavior Genetics.

De resultaten zijn gebaseerd op een langjarig onderzoek onder 8400 Nederlandse tweelingen. Zij moesten aangeven in hoeverre uitspraken als „ik verlies snel vrienden” en „niemand houdt van me” op hen van toepassing waren.

Tweelingen zijn geschikt voor erfelijkheidsonderzoek omdat ze dezelfde genen hebben en in dezelfde omgeving opgroeien. De onderzoekers stelden vast dat de omgeving geen invloed had op de eenzaamheidsgevoelens van tweelingen.