Kerk & religie

Kerk en Wereld kijkt naar 2065

DOORN - „Ik heb een grote ambitie: grootvader worden. En ik heb een angst: dat ik het niet zal halen.” Deze uitspraak van een Amerikaanse student raakte de liberale rabbijn A. Soetendorp diep.

Van een medewerker
11 November 2005 21:23Gewijzigd op 14 November 2020 03:10

„Toen ik in 1943 geboren werd waren mijn kansen 0,0. Nu ben ik opa van vijf heerlijke kleinkinderen. Waarom? Omdat mensen moed en mededogen hadden om een joods jongetje op te vangen. Ik geloof dat de zachte krachten het in deze wereld zullen winnen.”Geloven in de wereld van 2065. Over dat thema belegde de stichting Kerk en Wereld, vanuit christelijk-oecumenisch perspectief actief op het grensvlak van geloof en samenleving, gistermiddag ter gelegenheid van het 60-jarig bestaan een conferentie. Soetendorp vertegenwoordigde een optimistisch geluid: „Ik geloof met een volstrekt geloof dat de wereld beter zal zijn. Vaak bezoek ik scholen. Nog nooit ben ik weggegaan met het idee dat deze jongeren een verloren generatie vormden.”

De leider van de Liberale Joodse Gemeenschap in Nederland is zich er wel van bewust dat de keuze die tussen mondiaal partnerschap en het risico op vernietiging is. De presentatie van prof. ir. K. van Egmond, directeur van het Milieu- en Natuur Planbureau, maakte dan ook duidelijk dat de huidige ontwikkelingen grote risico’s als voortgaande bevolkingsgroei, klimaatverandering, grondstoffenschaarste en bijbehorende conflicten met zich meebrengen. „Wij moeten de culturele conflicten overwinnen en de eeuwenlange trend naar verdere individualisering ombuigen en meer in balans brengen met een op solidariteit gebaseerd beheer van de grondstoffen en het milieu”, stelde Van Egmond.

In dat kader pleit hij onder meer voor de invoering van een extra procent belasting voor nood- en ontwikkelingshulp. Ter illustratie vertelt hij een parabel van twee mensen die op de oceaan in een bootje zitten. „De een boort een gat in de boot. Stop! roept de ander. Zo gaan we ten onder. Welnee, reageert zijn medeopvarende. Ik maak toch alleen een gat in mijn deel van de boot.”

Essentieel voor een goede toekomst acht dr. J. Terlouw, wetenschapper, kinderboekenschrijver en D66-politicus, een sterke overheid met idealen. „Vertaalt de overheid solidariteit niet in krachtig beleid, dan geeft zij feitelijk een deel van haar soevereiniteit op. De verantwoordelijkheid voor zwakken moet niet worden weggeprivatiseerd.” Ook in gezin en samenleving vindt Terlouw moreel leiderschap van groot belang. De predikantszoon vertrouwt erop dat het geloof ook in 2065 nog een bron van inspiratie zal zijn, aangezien er zijns inziens een ’wet van behoud van geloof’ is.

Over de vraag hoe geloof en kerk er in 2065 zullen uitzien, verschillen diverse forumleden van mening. Frank Mulder, voorzitter van de jongerenbeweging Time to Turn, vindt veel kerken weinig aantrekkelijk. „Zij hebben het kerkelijk verhaal afgezwakt, het is een bubbelbadchristendom geworden. Ik mis een stuk radicaliteit.” Met kerkelijke structuren heeft hij overigens weinig op. Hij bepleit de houding van het mosterdzaadje: sterven, opdat er leven uit voortkomt. Onder jongeren bespeurt hij veel consumentisme.

Ds. Ilona Fritz, lid van het moderamen van de PKN, meent dat gevestigde kerken ook over zestig jaar zullen bestaan. Ze zullen echter kleiner zijn en andere structuren hebben. „Er zal meer verscheidenheid zijn, meer openheid en een grotere flexibiliteit. De toekomst vraagt om diaconale en milieubewuste kerken. Ik hoop dat ze hun waarden vinden in de bijbelse verhalen. Het individualisme zal groter worden. Op internet kunnen mensen tegen die tijd een eigen kerkdienst samenstellen, met die elementen die hen aanspreken. De confessionele grenzen zullen misschien verschuiven, verdwijnen doen ze niet, omdat ze deel uitmaken van de identiteit.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer