Nog veel te doen voor Kok bij ICMP
De Internationale Commissie voor Vermiste Personen in het voormalige Joegoslavië (ICMP), waar premier Kok lid van wordt, is nog bij lange na niet klaar met haar werk. In het voormalige Joegoslavië worden naar schattingen van de ICMP zelf nog altijd 40.000 mensen vermist als gevolg van de oorlogen in de jaren negentig.
Kok zal na zijn politieke leven in Den Haag lid worden van de ICMP. Het gaat om een vrijwilligersfunctie met een aantal vergaderingen per jaar. Maar Koks rol op de achtergrond kan belangrijk zijn. Kok heeft status als een ervaren en gewaardeerd Europees politicus. Hij kent de regeringsleiders in Europa en Noord-Amerika persoonlijk en heeft dus makkelijk ingang om aandacht te vragen voor de zaak van de ICMP.
Tot de oprichting van de ICMP werd in 1996 besloten tijdens een top van de zeven meest geïndustrialiseerde landen, in het Franse Lyon. De organisatie, die mede dankzij een Nederlandse bijdrage is opgericht, heeft als doel te helpen bij het verwerken van leed van mensen die familie hebben verloren door de oorlogen in het voormalige Joegoslavië. Nog altijd worden 40.000 mensen vermist, van wie 30.000 afkomstig uit Bosnië. Bij de oorlog in Bosnië (1992-1995) vielen zeker 200.000 doden.
De organisatie probeert ook regeringen over te halen informatie te verstrekken over vermiste personen. Ook houdt het ICMP zich bezig met het opgraven en identificeren van stoffelijke resten van oorlogsslachtoffers.
Nederland financierde twee jaar geleden een nieuw mortuarium van het ICMP in Tuzla voor slachtoffers van de moorden in Srebrenica en omgeving. Voor die tijd werden de lichamen bewaard in een verlaten zoutmijn.
In het mortuarium liggen nog altijd duizenden lichamen te wachten op identificatie. In slechts 236 gevallen is dat inmiddels gebeurd. Maar de lichamen liggen nog te wachten op een geschikt moment voor een waardige begrafenis.
De ICMP maakt voor de identificatie gebruik van zeer moderne DNA-technieken. Van familieleden van vermisten wordt daarvoor bloed afgenomen. Van zeker 4000 lichamen is de identiteit nog niet achterhaald. De ICMP wil met het bloedonderzoek en de DNA-technieken binnen vijf tot zeven jaar de identiteit achterhalen van 20.000 lichamen.
De Internationale Commissie voor Vermiste Personen wordt nu voorgezeten door de Amerikaan James V. Kimsey, oprichter van het Amerikaanse internetbedrijf America Online. Eerder was de vroegere Amerikaanse senator Bob Dole voorzitter.
Verder zitten in de commissie de Jordaanse koningin Noor, de Deense oud-minister van Buitenlandse Zaken Ellemann-Jensen, de Britse voormalige minister van Defensie Portillo, en de Pakistaanse ex-minister van Buitenlandse Zaken Sahabzada Yaqub-Khan. De Nederlandse minister van staat Van der Stoel was ook enige tijd lid van de ICMP. Kok volgt hem op. Nederland en de Verenigde Staten zijn de twee grootse donoren van de ICMP.