Niet waardig
De Heere opent ons hart als Hij in ons werkt het willen en het volbrengen. Onze plicht wordt ons voorgehouden: te horen. Daar is veel in opgesloten, te luisteren naar die nodigende en vermanende stem, daarop te letten, die te overpeinzen en die te beminnen en lief te hebben. Dat is het merkteken van de schapen van Christus. Zij horen Zijn stem, dat die Gode betamelijk is en waardig alle gehoorzaamheid. Dan horen wij.
Er komt nog bij dat wij opendoen, onze ziel ontsluiten, de gemeenschap wensen van de Zaligmaker en daarnaar verlangen. We snakken naar de genade. Het is als een ledig vat, alleen van boven opengapende om vervuld te worden met Zijn genade. Dan is het zoals die hoofdman zei: „Ik ben niet waardig dat Gij onder mijn dak komt.”Zo zegt dan ons ontsloten hart: Ik ben niet waardig dat Gij tot mij inkomt. Kom echter en vernieuw mijn hart, schik het naar Uw welgevallen en laat het door Uw genade gemaakt worden tot een U waardige woonplaats. Hij zal tot u inkomen. Hij belooft u Zijn gemeenschap. Hij zal één worden met zo een en in hem wonen door het geloof.
Petrus van der Hagen, predikant te Amsterdam (”Verborgenheid der Godzaligheid”, 1677) ****** Einde van alle 1 blokken * Tekst past