De oppositiepartijen PvdA en SP zijn bang dat de overheid haar controlerende taak afzwakt, zodra de zelfregulering in de branche gestalte heeft gekregen. Van Hoof maakte duidelijk dat onder meer de Arbeidsinspectie, de Belastingdienst en het SIOD jacht blijven maken op frauderende uitzendondernemers. In 2006 staan in totaal 11.000 controles gepland.De speurders richten zich ook komend jaar vooral op de bedrijven die niet beschikken over het keurmerk en waar dus mogelijk iets niet in de haak is. „We vissen natuurlijk eerst in een vijver waarvan we denken dat er vissen zitten", aldus Van Hoof. Bureaus die het keurmerk wel hebben, krijgen steekproefgewijs te maken met controles.

De uitzendsector stelde onlangs een norm vast die moet leiden tot één landelijk controlesysteem en een register van gescreende, goedgekeurde uitzendbureaus en aannemers. Een Kamermeerderheid denkt dat zelfregulering een beter middel is in de strijd tegen malafide uitzendbureaus dan een stelsel waarin uitzendbureaus een vergunning van de overheid moeten aanvragen.

Malafide bureaus hebben vaak illegaal personeel in dienst, dat nogal eens wordt onderbetaald. De werknemers van deze uitzendbureaus werken verder vaak in slechte arbeidsomstandigheden. Controleurs stuiten ook vaak op bedrijfjes die sociale premies en belastingen ontduiken. Uitzendbureaus die zich wel aan de regels houden, hebben last van de oneerlijke concurrentie.

Van Hoof en zijn CDA–collega Wijn van Financiën hadden oorspronkelijk een voorkeur voor een vergunningenstelsel, maar werden in maart teruggefloten door het parlement. Wijn, altijd al kritisch over het besluit van de Tweede Kamer, sprak donderdag tijdens het debat zijn waardering uit voor de manier waarop de branche het keurmerk heeft ingevuld. Maar hij zei ook dat hij samen met Van Hoof kritisch zou blijven over de manier waarop de sector zichzelf reguleert. „We gaan de effectiviteit volgen", aldus Van Hoof.