VN: Beving Zuid–Azië verwoestender dan tsunami
ISLAMABAD (ANP/AFP) – De aardbeving die afgelopen zaterdag Pakistan en India trof, was verwoestender dan de vloedgolven die eind vorig jaar na een zeebeving bij Sumatra de kusten van de Indische Oceaan teisterden. Dat heeft een hoge functionaris van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO donderdag gezegd.
Volgens Hussein Gezairy, directeur van het regionale kantoor van de WHO in Caïro waaronder ook Pakistan valt, is het veel moeilijker de slachtoffers van de aardbeving in het Himalaya–gebergte te bereiken dan de overlevenden van de zeebeving in Zuidoost–Azië. „De verwoestingen zijn veel groter dan die van de tsunami en zeker veel groter dan die van de orkaan Katrina in de Verenigde Staten", aldus Gezairy.Volgens Gezairy zijn door de aardbeving 2,5 miljoen mensen dakloos geraakt. Na de zeebeving in Zuidoost–Azië hadden 1,5 miljoen mensen geen dak meer boven hun hoofd. Toch verwacht de WHO–functionaris niet dat voor de slachtoffers in met name Pakistan zoveel geld wordt ingezameld als voor die van de zeebeving.
De zeebeving in Zuidoost–Azië en de daarop volgende vloedgolven kostten aan zeker 217.000 mensen in elf landen het leven. Het dodental van de aardbeving van zaterdag staat voorlopig op 25.000 in Pakistan en rond de 1400 in India.
De Pakistaanse generaal die verantwoordelijk is voor de hulpverlening in zijn land, Farooq Javed, bevestigde donderdag dat Pakistan niet in staat is alle getroffenen van onderdak te voorzien voordat in november de winter invalt. Zelfs als Pakistan twee miljoen dekens en 100.000 tenten importeert, is dat volgens Jevad „onmogelijk".