D66-fractievoorzitter Dittrich
„Als ik aan het jubilerend CDA denk, geeft me dat een gevoel van ontdekking. Sinds tweeënhalf jaar werkt de partij in het kabinet nauw samen met D66. Toen is gebleken dat we op sommige punten bijna hetzelfde denken.
Als voorbeeld noem ik de sociale samenhang. Het CDA benadrukt het belang van maatschappelijke organisaties om versplintering en egoïsme in de samenleving te voorkomen. D66 redeneert vanuit het individu, maar die mag zijn vrijheid niet alleen voor zichzelf gebruiken. Hij of zij moet die vrijheid benutten voor de samenleving. In de praktijk komen we dan dicht bij het CDA uit.Het is heel goed dat het CDA in de periode 1994-2002 in de oppositie heeft gezeten. Het gemakzuchtige en vanzelfsprekende is verdwenen. Ze zijn versterkt uit deze periode gekomen.
Ik denk dat het CDA geen grote toekomst heeft. De deconfessionalisering zet door. De partij trekt nu ook niet-gelovigen aan, maar dat is geen rustig bezit.
Op zich is een nieuwe coalitie van D66 met het CDA bespreekbaar, maar eerst zijn de kiezers aan zet.”