De rekenschap
Wij zullen niet alleen rekenschap moeten geven van onze ijdele woorden, maar ook van onze boze gedachten. Ja, elk mens zal zich hiervoor moeten verantwoorden. De koning van hoe hij heeft geregeerd. De predikanten van hoe zij hun kudde hebben geweid in de rechte weide van Christus. Ouders van hoe ze hun kinderen, die zij van de Heere hebben ontvangen, hebben opgevoed, of zij hen zijn voorgegaan in de rechte weg.
Elk mens in eigen persoon zal voor zichzelf rekenschap moeten geven van hoe hij zijn talent heeft waargenomen, van hoe hij zijn winst heeft ontvangen. Deze rekening zal scherp en krachtig wezen, want ieder lid van zijn lichaam zal zich moeten verantwoorden.De ogen zullen rekenschap moeten geven van wat zij hebben gezien. De oren van wat zij hebben gehoord en de tong van wat zij heeft gesproken.
Uw gemoed zal worden geplaagd als u eraan denkt hoe u de tijd hebt verwaarloosd voor de liefde van wereldse wellusten. Uw geweten zal u steken als een adder als u eraan denkt hoeveel malen Christus u tot Zich heeft geroepen door zijn dienaren, om u vergeving van zonden aan te bieden.
De Rechter voor Wie u moet verschijnen om rekenschap te geven, is Jezus Christus. Hij zal komen met Zijn tienduizenden heilige engelen om deze wereld te oordelen.
John Andrewes, predikant in Schotland (”De Gouden trompet”, 1644)
