Opinie

Literatuur lezen is goed voor persoonlijke vorming

Het lezen van literatuur vormt mensen op een positieve manier, stelt drs. Tjerk de Reus. Volgens hem stelt prof. dr. A. van de Beek de zaken ongenuanceerd en zwart-wit voor.

Drs. Tjerk de Reus
28 September 2005 10:00Gewijzigd op 14 November 2020 03:00

Het is goed dat hogeschool Driestar educatief vandaag een themadag over cultuur en literatuur belegt. Niet alleen om allerlei bezinnende vragen aan de orde te stellen, maar ook om literatuur, muziek en andere kunstvormen echt in beeld te brengen. Want het is belangrijk en nuttig om als christelijke school oog te hebben voor de kunst en cultuur van vroeger en ook van vandaag.Het is daarom mooi dat prof. Van de Beek een prachtig citaat van Shakespea re gaf. Zou het nobel zijn, aldus Shakespeare, om lijdzaam het lot te ondergaan? Of is het nobeler om daadkrachtig óp te staan om de problemen het hoofd te bieden? Shakespeare zegt het natuurlijk veel mooier en treffender, maar zijn punt is helder. Laat je niet verlammen door gedachten aan een noodlot, maar ga je problemen te lijf. Het is een van de vele sprankelende wijsheden uit het oeuvre van Shakespeare die het tot zo’n genoegen maken om zijn werk of dat van andere toneelschrijvers te lezen. Het geldt eigenlijk voor literatuur in het algemeen: wie zich erin verdiept, komt inzichten tegen die soms jarenlang in je hoofd blijven zitten, die je aan het denken zetten en je op een positieve manier vormen.

Ik ben er zelf wel mee ingenomen hoe Shakespeare een en ander formuleert, maar Van de Beek juist helemaal niet. Hij citeert Shakespeare om duidelijk te maken dat er een levensgrote tegenstelling is tussen de wijsheid van de wereld en de wijsheid van God. Shakespeare zit aan de kant van de demonen, volgens Van de Beek. Hij vindt het terzake om hier Tertullianus aan te halen, die zei: “Ziet gij een dief, gij gaat met hem en steelt.”

Dat is een citaat uit Psalm 50 en in deze context komt het erop neer dat iemand als Shakespeare in overdrachtelijke zin een dief is; hij is immers in de ban van demonen - en als wij zijn werk serieus nemen, raken we ook onder de invloed van de demonen. We zijn, als we dat doen, in feite net als mensen bij een wedstrijd tussen Ajax en Feyenoord, die gillen en schreeuwen en Dirk Kuijt verslijten voor een godenzoon. Shakespeare zit in hetzelfde format als Paul de Leeuw, Jan Wolkers en het boekenbal, aldus Van de Beek. Want er zijn maar twee werelden, en “die sluiten elkaar paradigmatisch uit.”

Rijker

Van deze benadering wil ik afstand nemen. Je kunt de zaken niet zo zwart-wit en ongenuanceerd voorstellen. Dat doet geen recht aan de werkelijkheid. Bovendien is deze oordeelsvorming zo globaal dat je er niet wijzer van wordt. Je kritische vermogen om te beoordelen wordt er niet door aangescherpt. Wijzer worden en inzicht verkrijgen heeft met veel dingen te maken, maar in elk geval ook met subtiliteit, nuance en oog voor complexiteit.

Kortom: Studenten moeten beslist Shakespeare lezen, dat is goed voor hun persoonlijke vorming. Lees ook Dante, Goethe, Renate Dorrestein, Coetzee, Marja Brouwers en Jonathan Safran Foer. Niet meteen omdat je je buurman tot het geloof wilt brengen, maar omdat het goed voor jezelf is. Je wordt er rijker van je in deze literaire werelden te verdiepen en je leert hoe je je ertoe moet verhouden. Maar doe het niet onkritisch en heb ook oog voor je eigen grenzen. Daarover zijn Van de Beek en ik het wel eens. En natuurlijk moet je de catechisatie er niet voor laten schieten. Want dan verlies je de grond onder je voeten.

In het omgaan met literatuur -of dat nu hedendaagse of oudere literatuur is- is zowel openheid als kritische beoordeling heel belangrijk. Ze kunnen niet zonder elkaar. Tijdens mijn opleiding Nederlands zei onze hoogleraar: Probeer op het spoor te komen in welke hoek de auteur je hebben wil. Wat zegt een roman ten diepste? Het is zaak goed te leren zien hoe de kaarten liggen. Dat kan alleen als je je er terdege in verdiept. Als je openstaat voor de wijze waarop betekenissen totstandkomen in een roman. Het vereist ook gevoeligheid voor de stemmingen van mensen, voor vele manieren waarop mensen in het leven kunnen staan. Als je vooraf al weet dat het allemaal zonde en misdaden zijn die je tegen zult komen, zul je dat vast en zeker ook terugzien. Een open en ontvankelijke leeshouding is nodig, naast een kritische blik.

Onderscheiden

Daar hoort inderdaad bij dat je goed weet waar het christelijk geloof voor staat. Zoals Van de Beek stelt: Je moet de bron van alle wijsheid kennen om te kunnen onderscheiden wat vandaag in de moderne romans wijsheid is en wat dwaasheid. Ik denk niet dat je, om dit te kunnen, zeventien tot negentien uur per dag in de Bijbel moet lezen. Lees naast de Bijbel ook wat grote denkers uit de christelijke traditie hebben geschreven.

Je kunt prima te rade gaan bij Johannes Calvijn, wiens werk wemelt van de wijsheid van heidense auteurs. Ook bij iemand als Jacobus Revius, een groot dichter uit de zeventiende eeuw, vindt je een ontspannen openheid voor de klassieke auteurs. Hij spreekt zelfs over een huwelijk dat gesloten kan worden tussen de wijsheid uit de niet-christelijke wereld en de kerk. Verder valt te denken aan theologen en schrijvers als J. H. Gunning, G. van der Leeuw, K. H. Miskotte, C. S. Lewis, H. R. Rookmaker, Francis Schaeffer en C. Rijnsdorp. Zij allen waren diepgaand geboeid door de literatuur.

Gooiden zij het op een akkoordje met de moderne cultuur en hadden zij hun hart uitgeleverd aan het theater, aan brood en spelen? Beslist niet. Zo zwart-wit liggen de zaken gewoonweg niet, hoezeer Van de Beek dat ook suggereert. Van de personen die ik noemde, hield de een meer distantie ten opzichte van de literatuur dan de ander. Gunning en Miskotte hadden er meer innerlijke verwantschap mee dan iemand als Schaeffer. Maar allemaal staan zij voor het serieus nemen van kunst en literatuur en voor een betrokken, kritische bezinning. Want de wereld is van God, evenals de mensen die er leven, spreken en schrijven.

Gewichtige taak

Een betrokken luisterhouding is uiteindelijk een vorm van naastenliefde. De negentiende-eeuwse Gunning schoot in de roos, toen hij betoogde dat het literatuur lezen een gewichtige taak is. Bij wijze van slotakkoord citeer ik uit zijn “Literarisch-ethische fragmenten” (1908): “Wij mogen niet zijn van die geblaseerde menschen, die nu eenmaal boek op boek ter hand nemen, in trotsche zelfgenoegzaamheid iederen schrijver als 't ware in verhoor voor zich plaatsen, en daarna hem voor goed classificeren, om dan weer tot een volgenden over te gaan, na slechts, buiten het hart om, eenige literaire indrukken ontvangen te hebben. Het lezen van elk boek van hooger dan alledaagse betekenis behoort ons te zijn een daad, een gewichtige taak, niet zonder gebed, zelfonderzoek en waakzaamheid te aanvaarden.”

De auteur is literatuurcriticus en journalist voor o.a. CV.Koers en het Friesch Dagblad.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer