Kerk & religie

KOA staat afwijzend tegenover uniemodel

De hervormde commissie voor kerkordelijke aangelegenheden (KOA) staat afwijzend tegenover het unievoorstel van de hoofdbesturen van de Gereformeerde Bond (GB) en de Confessionele Vereniging (CV). Dat blijkt uit het advies dat de commissie aan de hervormde synode heeft gegeven.

Kerkredactie
5 June 2002 10:18Gewijzigd op 13 November 2020 23:36

De hervormde commissie stelt ook vast dat welk besluit de generale synode ook neemt -wel verenigen of niet verenigen- „er zullen altijd pijnlijke consequenties aan verbonden zijn.”

De hervormde synode vergadert volgende week vrijdag in Nijkerk over het unievoorstel dat beide hervormde modaliteitsorganisaties in januari presenteerden.

De kerkordecommissie van de Hervormde Kerk concludeert in haar advies dat het uniemodel de drie SoW-kerken op het bovenplaatselijke vlak -vergeleken bij de bestaande situatie- niet verder brengt en geen verlichting biedt. Zo blijft de verdubbeling van alle bovenplaatselijke ambtelijke vergaderingen bestaan. „En het is juist deze gecompliceerde structuur die als een belangrijk knelpunt wordt ervaren.”

Verder komen er voor de commissie in het uniemodel „fundamentele spanningen” aan het licht wanneer gemeenten de mogelijkheid krijgen één te worden zonder dat de kerken verenigen. Het gaat daarbij met name om de verhouding van de gemeente en haar leden tot de kerken. „Die verhouding blijft onhelder.”

En ten opzichte van het eenwordingsproces betekent het voorstel een stap terug, aldus de kerkrechtdeskundigen.

Dat niet allen het eenwordingsproces kunnen meemaken, is voor de KOA geen verhindering voor de vereniging. Ze wijst erop dat de ambtelijke vergaderingen beslissingen over het leven en werk van de kerk nemen. „Daarbij geldt niet de regel dat besluitvorming slechts met algemene stemmen kan plaatsvinden.”

Verder is de commissie van oordeel dat in de verenigde kerk niemand gedwongen wordt zelf iets tegen het geweten te doen. Er is steeds zoveel ruimte geboden, aldus de KOA, dat men binnen het gemeenschappelijk kerkzijn daaraan naar eigen overtuiging invulling kan geven. Die weg zal ook binnen de verenigde kerk bewandeld worden.

„Wanneer de bezwaarden ten opzichte van SoW spreken van gewetensnood, geven zij daarmee echter vooral te kennen zich in het geweten bezwaard te voelen omdat ánderen ruimte krijgen voor opvattingen die zij zélf afwijzen. Aan deze vorm van gewetensbezwaar kan niet in alle gevallen tegemoet worden gekomen. Daarmee zou men immers het eigen geweten bepalend maken voor de opvattingen van anderen.”

De commissie vindt dat het uniemodel de indruk versterkt dat de samenwerking tussen de drie kerken zich vooral richt op het facilitaire en organisatorische terrein. Dat komt omdat er in het uniemodel drie afzonderlijke synodes blijven bestaan, die aan een uniesynode alleen verantwoordelijkheden toewijzen met betrekking tot de arbeidsorganisatie, de financiën, de traktementen en de universitaire opleidingen. „In het voorstel blijven de bevoegdheden in geestelijke aangelegenheden principieel bij de afzonderlijke synoden berusten.”

De KOA zegt zich goed te realiseren dat het diepste motief voor het unievoorstel het voorkomen van een scheuring is. Ze vindt dat de afweging volgend jaar moet worden gemaakt wanneer het verenigingsbesluit aan de orde is. „Bij deze besluitvorming zal uiteraard de besluitvorming van de achterliggende jaren, die op vereniging was gericht, in rekening worden gebracht.”

Er ontstaat pas een nieuwe situatie, aldus de KOA, als de kerken tot de conclusie zouden komen dat het offer dat voor de vereniging moet worden gebracht niet te verantwoorden is en de synode het verenigingsbesluit niet kan aanvaarden. „Dan blijft de gescheidenheid van de kerken voortduren, met alle pijn die dat met zich meebrengt. Dan blijven er drie afzonderlijke kerken die nauw samenwerken. Op dat moment zou een nieuwe situatie ontstaan waarin de kerk zich samen met de partnerkerken in Samen op Weg zou moeten bezinnen op de vraag op welke wijze de samenwerking wordt voortgezet.”

Als de kerk zou concluderen dat ze gevolg moet geven aan haar roeping om tot eenwording met de Gereformeerde Kerken en de Evangelisch-Lutherse Kerk te komen, zal ze die weg moeten gaan ondanks de ingebrachte bezwaren, vindt de commissie.

Dan zal de generale synode allereerst voor zichzelf de vraag moeten beantwoorden of ze van haar kant alles gedaan heeft om aan de bezwaren tegemoet te komen om daarmee een scheuring te voorkomen. Ze zal vervolgens de bereidheid moeten tonen om nu en in de toekomst op een kerkelijke en zorgvuldige wijze met bezwaren om te gaan en te blijven gaan. En ze zal een indringend appèl doen op allen om aan de kerk trouw te blijven, ook als die een weg gaat die door hen niet wordt begeerd.

Maar uiteindelijk zal ze dan het besluit tot vereniging nemen, legt de commissie uit, zelfs als sommigen haar daarin niet kunnen volgen. Dan zal de kerk op deze wijze aan haar roeping gehoor geven, met alle pijn die dit besluit met zich mee kan brengen. „Welk besluit de generale synode ook neemt, er zullen altijd pijnlijke consequenties aan verbonden zijn”, luidt de slotconclusie.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer