Binnenland

Eerste glimp van Halifax in Hank

„Het belangrijkste deel moet nog komen”, zegt bergingsofficier Hans Spierings van de Koninklijke Luchtmacht. Zijn team graaft sinds een week naar de resten van een in 1944 neergeschoten Britse bommenwerper bij Hank. De eerste delen van het toestel zijn inmiddels uit de grond gehaald. Spierings: „Ik ben heel nieuwsgierig of we nog een rompdeel vinden.”

14 September 2005 08:48Gewijzigd op 14 November 2020 02:57
HANK – Leden van de bergingsdienst van de Koninklijke Luchtmacht onderzoeken de motor van een Britse Halifax bommenwerper, die in 1944 neerstortte in Hank, gemeente Werkendam. De 500 kilo zware motor werd gisteren rond het middaguur ontdekt. Vorige week
HANK – Leden van de bergingsdienst van de Koninklijke Luchtmacht onderzoeken de motor van een Britse Halifax bommenwerper, die in 1944 neerstortte in Hank, gemeente Werkendam. De 500 kilo zware motor werd gisteren rond het middaguur ontdekt. Vorige week

Zuurstoftanks zo groot als een colafles, restanten van een rubberboot, met bijbehorend pompje en tientallen grotere en kleinere stukken plaatwerk. Het is de eerste ’oogst’ van noest graafwerk door de bergingsdienst van de luchtmacht. Kroon op het werk is de vondst van een propeller vorige week en één van de in totaal vier motoren van de Halifax-bommenwerper dinsdag.

Nog nadruipend van het afspuiten hangt de Bristol Hercules-motor, of beter: wat er nog van over is, in de takels op het bergingsterrein. Kromme bouten houden de verwrongen tandwielen bijeen. Uit een deel van de motor steekt een blauworanje snoer, compleet met stekker. Dankzij de conserverende werking van het grondwater is het vliegtuigdeel in zestig jaar nauwelijks veranderd. Met een staalborstel poetst sergeant Peter Bakker van de bergingsdienst de laatste restjes modder van het serienummer. „Ik ben heel blij dat dit er nog op staat.” Zorgvuldig noteren de bergers de cijfers. „Volgende week stuurt de Engelse luchtmacht ons de gegevens die zij hebben van het toestel. Die kunnen we dan met de onze vergelijken.”

De viermotorige Britse Halifax-bommenwerper werd in de nacht van 24 op 25 mei 1944 neergeschoten door een Duitse nachtjager. Het toestel was op de terugweg van een bombardement op Aken. Bij de crash in de buurt van Hank kwamen alle zeven bemanningsleden om. Twee van hen werden kort daarna begraven. Van de overige vijf bevinden de resten zich vermoedelijk nog tussen de wrakstukken.

Hoewel vaststaat dat de vleugels en een aantal rompdelen van het toestel al direct na de crash zijn afgevoerd, is bergingsofficier Spierings nog lang niet tevreden met de eerste resultaten van de operatie. „We sluiten niet uit dat we nog een paar motoren vinden. Er moeten ook nog meer stukken romp in de grond zitten.” De bergingslocatie in een akker buiten Hank is door de militairen opgedeeld in drie delen. In elk daarvan liggen resten van het toestel, zo bleek uit vooronderzoek. De eerste locatie is inmiddels helemaal afgegraven. Daarbij werd onder meer de propeller gevonden. Aan de tweede wordt gewerkt, terwijl aan de derde nog begonnen moet worden.

„Het valt niet mee om hier te werken”, zegt Spierings. Vooral de drassige ondergrond maakt het lastig om bij de resten van de bommenwerper te komen. „Uit metingen blijkt dat bepaalde stukken 4 meter onder het maaiveld liggen. Door middel van bronbemaling proberen we daarbij te komen zonder natte voeten te krijgen. Na de regen van het afgelopen weekend blijkt dat echter bijzonder moeilijk.”

De resten die de bergingsdienst tot op heden aantrof, komen vermoedelijk van de linkerkant van de Halifax. Spierings baseert zich daarbij op de vondst van zuurstofflessen en de rubberboot. Beide lagen aan de linkerkant van het vliegtuig. „Uit wat we nu hebben ontdekt, concluderen we dat het toestel waarschijnlijk schuin overhelde naar links toen het de grond raakte.” De luchtmachtofficier vermoedt dat de bommenwerper direct daarna een enorme zwaai maakte, waardoor delen van de rechtervleugel nu links van de romp worden aangetroffen. „Die veronderstelling komt overeen met verhalen van ooggetuigen.”

Bij de berging van het vliegtuigwrak zijn diverse botresten gevonden, vermoedelijk afkomstig van de omgekomen bemanning. Grote bergen grond worden de komende weken nog gezeefd, met het doel om nog meer te vinden. DNA-onderzoek moet vervolgens uitwijzen van welke bemanningsleden de resten afkomstig zijn. Het kan echter nog geruime tijd duren voordat daarover duidelijkheid is.

Dinsdag bezochten zo’n 250 belangstellenden de eerste kijkdag op de bergingslocatie. Zolang de berging duurt is het publiek iedere dinsdag en donderdag welkom vanaf 16.00 uur aan de Aakvlaaiweg bij Hank.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer