De 68–jarige Powell zei dat voorafgaand aan de komst van de orkaan de federale en lokale overheden en de bestuurders van de staten veel meer inspanningen hadden kunnen leveren ten gunste van de bewoners. Powell zei dat al ruim van te voren bekend was dat Katrina de staten aan de Golfkust zou treffen.

Powell denkt niet dat de hulpverlening na de orkaan zo laat op gang kwam, omdat veel getroffenen zwart zijn. Eerder stelden prominente Afro–Amerikanen dat met de gebrekkige hulpverlening opnieuw was bewezen dat veel zwarten in de Verenigde Staten nog altijd in een achtergestelde positie verkeren.

Dat veel getroffenen zwart zijn, heeft volgens de oud–minister niets te maken met discriminatie. Hij stelde dat veel achterblijvers niet de middelen hadden om naar elders uit te wijken. „Het gaat hier om mensen die geen creditcards hebben. Slechts één op de tien gezinnen op dat economische niveau in New Orleans heeft een auto".

In het gesprek met ABC kwam ook het Irak–beleid van de regering–Bush aan de orde. Voorafgaand aan de invasie van het Arabische land zei Powell voor de Verenigde Naties dat het regime van Saddam Hussein massavernietigingswapens had. De bewering bleken later onjuist. Powell gaf in het interview toe dat hij het gevoel heeft dat zijn reputatie daardoor een deuk heeft opgelopen. „Het was pijnlijk. Het is pijnlijk nu".