Prinses geeft startsein voor taalcursus
ROTTERDAM - Het onderwijs aan duizenden inburgeraars die niet kunnen lezen of schrijven staat op losse schroeven als op1 april volgend jaar de nieuwe Inburgeringswet ingaat. Er dreigt dan een tweedeling te ontstaan tussen autochtone en allochtone analfabeten.
plattekst (u15,1,0(Dat zei wethouder L. J. Geluk van Onderwijs en Integratie in Rotterdam woensdag aan de vooravond van de Wereldalfabetiseringsdag. Prinses Laurentien gaf in aanwezigheid van de wethouder op de Rotterdamse basisschool De Hoeksteen het startsein van een cursus waarbij ongeletterde ouders op de school van hun kinderen leren lezen en schrijven.
Volgens Geluk heeft de gemeente straks geen geld meer om lessen te verzorgen aan ongeletterden die moeten inburgeren. Hij riep de Tweede Kamer, minister Verdonk (Integratie) en staatssecretaris Rutte (Onderwijs) woensdag op iets te doen aan „de slechte afstemming tussen de nieuwe inburgeringswet en de educatiewetgeving.”
De gemeente krijgt straks van het Rijk een vaste vergoeding per inburgeringscursus. Onduidelijk is nog hoe groot dat bedrag precies wordt. Maar de wethouder denkt dat het te laag zal zijn om de groep waarom het gaat te leren lezen en schrijven en het verplichte inburgeringsexamen te laten behalen. Autochtone analfabeten krijgen de cursus wel vergoed.
„Er is dus sprake van slechte afstemming tussen de nieuwe Inburgeringswet en de educatiewetgeving, als gevolg waarvan er een tweedeling dreigt te ontstaan tussen autochtone en allochtone analfabeten”, aldus Geluk.
Prinses Laurentien, voorzitter van de vorig jaar opgerichte Stichting Lezen & Schrijven, gaf het startsein voor het project ”Alle ouders doen mee”. De Hoeksteen is een van de vier basisscholen die zijn uitgekozen om mee te doen met het project. „Om verbonden te zijn met de samenleving, is kunnen lezen en schrijven van elementair belang. Zeker als het gaat om de communicatie tussen ouder en kind en tussen ouders en de school van hun kinderen. Verbinding is daarvoor het sleutelwoord,” zei de prinses.
„Door lezen en schrijven leer je de wereld kennen,” bevestigde schooldirecteur B. Opdam nog eens. Alles begint volgens hem met taal. Hij ervaart dat de ouders van de kinderen van zijn school te weinig van de school weten en schrijft dat toe aan hun ongeletterdheid.
Nederland telt naar schatting 1,5 miljoen analfabeten. Zo’n 600.000 van hen zijn van allochtone afkomst. „De grootste groep, een klein miljoen, bestaat echter uit autochtone Nederlanders”, zegt Sandra van Vianen van de Stichting Lezen & Schrijven. „Ze houden hun analfabetisme soms heel slinks verborgen. Zeggen bijvoorbeeld dat ze straks het formulier wel zullen invullen, zijn hun bril vergeten, zeggen een lelijk en onleesbaar handschrift te hebben of vragen: „Kunt u dat even voor mij invullen?”” Rotterdam telt ongeveer 25.000 moeders met een taalachterstand. Het project is opgezet door het Rotterdamse Centrum voor Educatieve Dienstverlening, de Dienst Stedelijk Onderwijs en het Regionaal Opleidingscentrum Zadkine. BP Nederland en Unilever participeren ook in het project. De ouders leren op de school van hun kinderen lezen en schrijven aan de hand van onderwerpen die voor de opvoeding en de ontwikkeling van hun kinderen en voor de communicatie met de school van belang zijn.
Elders zijn ook taalprojecten aan de gang. Volgens Katinke de Croon, projectleider van de Rotterdamse cursus ”Alle ouders doen mee” ligt daar de lat voor ongeletterde ouders vaak te hoog.