Kerk & religie

„Elim ligt ook niet aan de overzijde”

Als ds. A. M. den Boer deze zomer het luchtruim kiest om bevestigd te worden in zijn zevende gemeente, is het de achtste maal dat hij emigreert. Grand Rapids (Covell Ave) roept de predikant van de gereformeerde gemeente te Dirksland opnieuw naar Amerika. Hij verlaat een Nederland dat maatschappelijk en kerkelijk in verwarring is. „Maar Elim ligt ook niet in Grand Rapids. Amerika is niet het beloofde land. Het einde van de weg ligt boven.”

J. van ’t Hul
1 June 2002 00:33Gewijzigd op 13 November 2020 23:36
DIRKSLAND - Ds. A. M. den Boer: „Toen ik aangenomen werd om te gaan studeren in Rotterdam heb ik de Heere beloofd Hem te zullen volgen, waar Hij ook heen zou gaan. Maar later, bij al het opbreken en verreizen, heb ik ook wel eens gezegd: „Heere, zó heb i
DIRKSLAND - Ds. A. M. den Boer: „Toen ik aangenomen werd om te gaan studeren in Rotterdam heb ik de Heere beloofd Hem te zullen volgen, waar Hij ook heen zou gaan. Maar later, bij al het opbreken en verreizen, heb ik ook wel eens gezegd: „Heere, zó heb i

Het echtpaar Den Boer trouwde in 1953. Vaak gingen de gesprekken over emigratie. Veel werd geïnformeerd naar mogelijkheden in Australië, Zuid-Afrika, Nieuw-Zeeland, de VS en Canada. Zes pogingen strandden op de toen nog verplichte vaccinatie.

En toch, zegt ds. Den Boer, „hadden we beiden het gevoel niet in Nederland te zullen blijven. Maar op een gegeven ogenblik zei mijn vader tegen me: „Adrie, je doet me verdriet door altijd maar over emigratie te praten. Je hebt het hier toch goed.” En dat was ook zo. Ik had vier goedlopende kunsthandels. Toen heb ik m’n vader beloofd dat, zolang hij leefde, ik er niet meer over zou beginnen.”

In 1959 stierf vader Den Boer. En in 1960 meldde Den Boer zich weer bij de Amerikaanse ambassade in Rotterdam. Zijn emigratieverzoek werd goedgekeurd, alleen, hij moest nog drie jaar wachten. „Dat kwam goed uit, want dan hadden we tijd om onze winkels van de hand te doen.

Enige tijd later kwam er bericht van de ambassade dat het visum klaar lag. We moesten met drie maanden vertrekken. Dat overviel ons erg, want ja, die vier winkels! Ik dacht erover om uitstel te vragen, totdat de Heere midden in de nacht tot me zei: „Ga naar het land dat Ik u wijzen zal.” Het was zo duidelijk alsof ik het met m’n lichamelijke oren gehoord had. Ik maakte mijn vrouw wakker en zei: „Zeg, heb jij dat ook gehoord?”

Maar m’n vrouw had die stem natuurlijk niet gehoord. Toen begreep ik dat de Heere tot me had gesproken. Ik durfde geen uitstel meer te vragen. Zo zijn we op de boot gestapt, een opstandige familie achterlatend. Men kon maar niet begrijpen waarom we weggingen. Ze noemden het zelfs zondig om zo’n goede boterham weg te gooien. We waren echter nog maar goed en wel buitengaats of mijn winkels vielen van me af. Het was alsof ik nooit een zaak had gehad.”

In Paterson (Peoples Park) hoorde Den Boer voor de eerste maal ds. M. Heerschap. De tekst voor zijn preek was: „Indien Gij wilt, Gij kunt mij reinigen.” „Die preek heeft de Heere voor me gebruikt. Daar werd ik zondaar voor God. Niemand had het er zo slecht afgebracht als ik. Er werd droefheid naar God geboren. Zo veel kwaad gedaan tegen zo’n goeddoend God.”

In Peoples Park werkte Den Boer ’s nachts in een timmerfabriek. Overdag probeerde hij weer als kunsthandelaar voet aan de grond te krijgen. „Vooral de nachten in de fabriek waren gezegende tijden. Daar heb ik gebeden, gemediteerd, gelezen; daar heb ik ervaren dat Hij niet aan tijd of plaats gebonden is.”

In die tijd kreeg Den Boer de nood van de kerk op z’n hart gebonden. Hij werd gekozen tot ouderling. „Ik dacht: Dit zal de Heere bedoeld hebben. Maar de onrust bleef. Ik heb gezegd: Heere, ik zal proberen een goede ouderling te zijn, ik zal alles doen wat U van me vraagt, als ik maar geen dominee hoef te worden.”

Een jaar later werd Den Boer toegelaten tot de studie voor predikant. Hij kreeg toestemming om in Rotterdam te gaan studeren. Het was de tweede emigratie. „Ik had gedacht na de studie weer terug te gaan, maar de Heere wees Ridderkerk aan. Daar hebben we een aangename tijd gehad en we hadden er best willen blijven.”

Een beroep uit Norwich (Canada) was reden voor de derde emigratie. „Het was niet eens een aantrekkelijk beroep, want Norwich was kerkelijk net in drie stukken uiteengevallen. Die moeite heb ik echter in de hand des Heeren mogen geven.” Toen ds. Den Boer in 1982 een beroep aannam naar Sioux Centre -VS, de vierde emigratie- liet hij in Norwich een gemeente achter waar de rust was weergekeerd. „Dat mag ik eerlijk zeggen.”

De pelgrimstocht voerde vervolgens opnieuw naar het oude vaderland. De vijfde emigratie. „In 1986 waren we voor familiebezoek in Nederland en ik zou ook preken in Lisse. Toen ik na de dienst bij m’n vrouw in de auto stapte, zei ik: „Vrouw, zie je dat huis daar? Dat wordt onze volgende pastorie.” Een halfjaar later kwam de beroepsbrief uit Lisse. Er was geen twijfel mogelijk: De wolkkolom leidde naar Lisse.”

Lisse was een oase, zegt ds. Den Boer. „Er was liefde, er was eenheid, er woonden er veel van Gods volk. Het was goed om in Lisse te zijn.” Maar slechts drie jaar later emigreerde het predikantenechtpaar voor de zesde maal: nu naar Sunnyside (VS). „In Lisse kon niemand begrijpen dat we al weer weggingen. Ook voor ons eigen idee waren we er te kort geweest. Maar ik kon niet meer van Sunnyside af.”

In Sunnyside stond ds. Den Boer zeven jaar lang. Het waren tropenjaren, want in het verband van de Netherlands Reformed Congregations (NRC) ontstond strijd. „Ik ben ermee in het ziekenhuis terechtgekomen, waar ik een hartoperatie heb ondergaan. Gelukkig is de rust daar nu grotendeels teruggekeerd.”

De zevende emigratie voerde ds. Den Boer weer naar Nederland, naar Dirksland op Flakkee, het eiland waar hij geboren was. „De classis Tholen had op dat moment geen enkele predikant. Dat greep me geweldig aan. Ik had ook een beroep van Scherpenisse en ik dacht dat dit de weg zou zijn. Het moest echter Dirksland zijn.”

Vorig jaar tobde de toen 71-jarige predikant erg met zijn gezondheid. Hij dacht er al over emiraat aan te vragen, maar kon er uiteindelijk toch geen vrijmoedigheid voor vinden. In de week na Pasen nam ds. Den Boer een beroep aan naar Grand Rapids (Covell Ave). De achtste emigratie.

„De Heere had me laten zien dat er nog een ander arbeidsterrein voor me klaarlag. Ik wist alleen nog niet waar dat zou zijn. Een meditatie van Philpot, over Psalm 37 -„Wentel uw weg op de Heere”- gaf licht over een beroep uit Grand Rapids.

De Heere moet je altijd de weg wijzen. De ene keer ligt dat duidelijker dan de andere keer, maar Hij moet toch voorgaan. Ik weet niet hoe het zal gaan, maar wat de Heere doet, is goed. Toen ik werd aangenomen om te gaan studeren in Rotterdam heb ik de Heere beloofd Hem te zullen volgen waar Hij ook heen zou gaan. Later, bij al het opbreken en verreizen, heb ik ook wel eens gezegd: „Heere, zó heb ik het niet bedoeld.” Toch maakte Hij het wel, van gemeente tot gemeente.”

En die kunsthandels, liggen die nog wel eens in de gedachten? Ds. Den Boer: „Ik houd nog steeds van een mooi schilderij. En ik loop al veertig jaar met een grote verfdoos rond, om zelf weer iets te schilderen. Maar er is niks meer van gekomen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer