In de eerste zeven maanden van dit jaar ging het om 1003 kinderen uit probleemgezinnen. In heel 2004 waren dat er 1391, tegen 1141 kinderen in 2003.

De laatste jaren stijgt het aantal strafzaken en beschermingszaken dat de raad onderzoekt. De prognose voor de tweede helft van 2005 en voor 2006 is dat de instroom van zaken zal blijven stijgen. De Belangenvereniging voor Medewerkers in de Jeugdbescherming zegt dat de kinderen in negen van de tien gevallen uit het probleemgezin worden gehaald.

De raad signaleert een toename van de psychische problematiek en het aantal mensen met drugsverslaving. Daarnaast is het aantal meldingen toegenomen door een publiciteitscampagne van het Meldpunt Kindermishandeling, waardoor men zich meer bewust is van problematiek en eerder misstanden meldt.

Het blijkt dat er de laatste jaren een grote stijging is in het aantal strafzaken. Uit de wetenschappelijke literatuur blijkt echter dat het aantal strafbare feiten dat wordt gepleegd, niet toeneemt. Een belangrijke verklaring is dat de tolerantie in de maatschappij slinkt. De roep om vergelding is toegenomen. In regio’s waar (grote) gemeenten veel werk maken van hun veiligheidsbeleid, zoals Rotterdam, is de stijging in het aantal strafzaken het grootst.

De samenwerking tussen instanties is verbeterd, waardoor er minder jongeren tussen wal en schip raken. Concrete maatregelen die genomen worden, zijn bijvoorbeeld het instellen van een Justitieel Casus Overleg, oprichten van veiligheidshuizen (in Amsterdam: ketenunits) en digitale gegevensuitwisseling.

De Raad voor de Kinderbescherming wijst erop dat dat het aantal delicten niet toeneemt, maar de ernst ervan wel.