Weerstand tegen christenen Turkije groeit
De openlijke vijandigheid ten opzichte van christenen in het overwegend islamitische Turkije neemt toe. In een eerder deze week gepubliceerd overzichtsartikel maakt de Amerikaanse christelijke nieuwsdienst Compass Direct melding van drie recente incidenten. De Turkse Alliantie van Protestantse Kerken (APC) overweegt een rechtszaak.
Op 7 augustus, zo bericht Compass, is een christelijke werknemer van een bedrijf dat jeans ontwerpt in het Istanbulse district Beyazit, Bektas Erdogan (32), twee uur lang geslagen door zijn supervisor en drie anderen. Deze beschuldigde hem van „zendingsactiviteiten” en „hersenspoeling.” Zijn baan was hij kwijt.
Aangifte bij de politie deed Erdogan niet, uit vrees dat de banden die zijn baas heeft met lokale ambtenaren hem doelwit zouden maken van verdere agressie. Hij wist ook dat als de autoriteiten zouden ontdekken dat hij christen is, zij hem niet meer zouden willen helpen.
Op dezelfde dag werkte een groep van zo’n vijftien politieagenten in Istanbul twee jonge protestantse bekeerlingen, Umit en Murat-Can (hun achternamen wilden zij niet zeggen), tegen de grond. Volgens de agenten konden zij niet tegelijk Turk, ofwel moslim, zijn en christen. De twee kregen te horen dat zij „zendelingen” waren die eropuit waren „Turkije te verdelen.”
Het derde incident deze maand had plaats in Eskisehir, ten zuidoosten van Istanbul. Drie onbekenden sloegen daar in het Kanli Kavak-park de protestant Salih Kurtbas in elkaar. Hij stond er te wachten op een anonieme beller die tegen hem had gezegd dat hij graag eens met hem wilde discussiëren over het christelijk geloof.
Ook Kurtbas dacht er niet aan om naar de politie te stappen, verklaarde hij tegenover Compass. „Als ze zouden ontdekken dat ik christen ben, zou daar niets goeds uit voortkomen.”
Evangelicalen in Eskisehir ondervinden, aldus Compass, ook voortdurend vertraging bij hun vergunningaanvraag voor de bouw van de eerste protestantse kerk in de stad. „We richtten ons tot de gouverneur en we kregen geen antwoord, en volgens de stadsoverheid voldoet het gebouw niet aan de veiligheidsnormen voor aardbevingen”, aldus Kurtbas.
Niet verbaasd
Orhan Kemal Cengiz, juridisch adviseur van APC, zei tegen Compass allerminst verbaasd te zijn over de incidenten. „Ik verwachtte ze… maar christenen moeten ze zeer serieus nemen.”
Met de toetredingsonderhandelingen met de Europese Unie begin oktober voor de deur probeert Turkije zijn imago op het gebied van de mensenrechten te verbeteren. In juni trad een aantal wettelijke hervormingen in werking die de vrijheid van godsdienst moeten onderstrepen. Zo kwam er op het verstoren van andermans geloofsbeleving drie jaar gevangenisstraf te staan.
Het is echter zeer de vraag of deze maatregelen ook zullen werken, schrijft Compass Direct. Turkije is voor 99 procent een moslimland. Minder dan 100.000 burgers behoren tot de Armeense, de Griekse of de Syrisch-Orthodoxe Kerk.
Vooral het groeiende aantal Turkse protestanten (op dit moment zijn er zo’n 3500) vormt voor veel burgers echter een regelrechte bedreiging voor de eeuwenoude opvatting dat Turk zijn gelijk staat aan moslim zijn. In de achterliggende tien maanden kwam de weerstand tegen hun protestantse landgenoten steeds meer openbaar.
Rechtszaak
„Turkije is zich niet bewust van de ernst van het probleem, aldus APC-medewerker Cengiz. „Sommige ambtenaren zijn van goede wil, maar ik heb het sterke vermoeden dat zij niet echt grip hebben op de zaken die samenhangen met de vrijheid van godsdienst.”
De alliantie is er sterk voorstander van om een rechtszaak te beginnen, zei woordvoerder Isa Karatas. „Natuurlijk moeten we, vanuit christelijk perspectief gezien, dingen vergeven. Maar dat is voor ons geen verhindering om voor onze rechten op te komen.”
Cengiz adviseerde ook individuele slachtoffers naar de rechtbank te stappen, ter bescherming van zichzelf. „Als zij geen rechtszaken aanspannen tegen de politie, zullen zij zelf straks misschien voor de rechter gesleept of in de gevangenis geworpen worden, ondanks het feit dat zij het slachtoffer zijn van het wangedrag van de politie.”
„Een deel van de regering steunt de anti-christelijke sentimenten, maar een groter deel verwerpt die”, stelde Karatas. Naar zijn inschatting zullen christenen die vervolgd worden om hun geloof en die nu een rechtszaak beginnen steun krijgen van de regering.
Zijn Naam
Hoewel hij nog steeds met de dood bedreigd wordt, heeft Bektas Erdogan, de ontslagen jeansontwerper, geen plannen om zijn land te verlaten. Toen Compass hem vroeg hoe hij zich voelde nadat hij -in één avond- zijn baan was verloren, hardhandig was geslagen en met de dood was bedreigd, glimlachte hij. „Zelfs al zouden de omstandigheden voor mij niet verbeteren, dan nog vraagt God mij me te verblijden opdat Zijn Naam verheerlijkt zal worden.”