Politiedossier over sabotage koninklijke chat op straat
De aangifte en een proces–verbaal uit het politieonderzoek naar de verstoorde chatsessie van prinses Máxima en prins Willem–Alexander, ruim 3,5 jaar geleden, liggen op straat. De weblog GeenStijl heeft de stukken donderdag op internet geplaatst.
Het geplande internetpraatje met geselecteerde burgers van de prins en de prinses ter gelegenheid van hun aanstaande huwelijk, liep op 22 januari 2002 uit op een fiasco. Al binnen enkele minuten was de pagina van het Koninklijk Huis niet meer bereikbaar wegens een computeraanval. Het openbaar ministerie (OM) maakte woensdag bekend dat volgende week drie verdachten voor de rechter moeten verschijnen.
GeenStijl zegt over nog veel meer documenten te beschikken. Een woordvoerder gaat ervan uit dat de documenten al jaren circuleren onder een kleine groep hackers. Het vermoeden bestaat daarom ook dat de verdachten ze zelf hebben gekopieerd en verspreid, liet hij donderdag weten.
De makers van GeenStijl hebben de volledige namen, telefoonnummers en adressen van tien genoemde verdachten uit het gepubliceerde proces–verbaal verwijderd. Informatie uit het dossier lekte ook al uit naar de Automatisering Gids, dat documenten en processen–verbaal naar eigen zeggen anoniem kreeg bezorgd. Het tijdschrift citeerde alleen uit de stukken.
Het Korps landelijke politiediensten (KLPD) noemt het publiceren van de stukken kwalijk. „Daar zijn ze niet voor bedoeld", aldus een woordvoerder. Ook rechercheurs die bij het onderzoek waren betrokken, staan met hun volledige naam in de gepubliceerde documenten. „Daar moet je van tevoren rekening mee houden. Als het in zaken per se noodzakelijk is, bijvoorbeeld uit veiligheidsoverwegingen, dan gebeurt het wel eens dat rechercheurs een proces–verbaal onder nummer opmaken."
Uit de gepubliceerde documenten blijkt dat het onderzoek naar verdachte M. van der W. uit Almere al in 2001 bezig was. Nederlandse bedrijven en een Duits bedrijf deden tegen hem aangifte wegens computerinbraak. Internetaanbieders klaagden over zijn betrokkenheid bij computeraanvallen. Bovendien blijkt dat de verdachten creditcardgegevens hebben misbruikt. In totaal worden in het proces–verbaal twintig zaken genoemd van bedrijven die spreken over financiële schade van 300 tot 125.000 euro.
M. van der W. staat in een organogram genoemd als leider van een groep computerkrakers die zich Xtreme Power (XP) en later de Down Under Crew (DUC), noemden. Hij duikt als mogelijk betrokkene ook op in de aangifte van KPN naar aanleiding van de verstoorde koninklijke chatsessie. Het bedrijf dat de chat mogelijk maakte noemt imagoschade als gevolg ervan „buitengewoon groot."