Duizend militairen extra naar Afghanistan
Nederland stuurt begin volgend jaar waarschijnijk duizend militairen extra naar het zuiden van Afghanistan om daar te helpen met het opbouwen van het land.
Het kabinet neemt over de risicovolle missie naar verwachting in september of oktober een besluit, bevestigden bronnen rond het kabinet woensdag.
De missie wordt het tweede zogeheten PRT (provinciaal reconstructieteam) door Nederlanders bemand in Afghanistan, maar een stuk gevaarlijker dan het huidige PRT in het noorden van het land. Voor de nieuwe missie heeft Defensie het oog laten vallen op de provincie Uruzgan, tussen Kabul en de Kandahar. In de regio Kandahar zijn nu ongeveer 180 Nederlandse ‘special forces’ en 80 man luchtmachtpersoneel actief.
In Uruzgan is het nog erg onrustig, met Taliban-eenheden die vechten tegen Amerikaanse militairen en het Afghaanse leger. Eind juli doodden de Amerikanen rond de 45 Taliban-aanhangers in Uruzgan. Vorige week doodden Afghaanse veiligheidstroepen vijf Taliban-strijders. Pas als de Amerikanen het gebied hebben „schoongeveegd” kan de provincie worden overgedragen aan ISAF en kan het PRT beginnen. De Nederlanders zullen in het PRT nauw samenwerken met Britten en Canadezen.
Vanwege de moeilijke omstandigheden en aanzienlijke risico’s in Uruzgan wil Defensie een „robuust bataljon” sturen met uitgebreide „force protection”, eenheden die zijn opgeleid en toegerust om de andere militairen te beschermen. Mogelijk gaan er Apache-helikopters mee en ook F-16-vliegtuigen kunnen voor luchtsteun worden ingezet.
Een woordvoerder van minister Kamp van Defensie wil niet ingaan op de details van de voorbereidingen. Wel bevestigt hij dat er ambtelijk en militair overleg is over de wens van de NAVO om het ISAF-mandaat naar het zuiden van Afghanistan uit te breiden. „Maar de fase van politieke besluitvorming is nog niet bereikt”, aldus de woordvoerder.
Volgens kringen rond het kabinet is vanwege de gevaren „de kogel politiek gezien nog niet door de kerk”. „De ministerraad zal zich goed rekenschap willen geven van de risico’s”, aldus een bron.