Ophokplicht
Vaag en afwachtend beleid kan de overheid -op dit punt- niet worden verweten, nu landbouwminister Veerman een ophokplicht voor alle commercieel gehouden kippen heeft afgekondigd. Op die duidelijkheid zat de pluimveesector te wachten.
Vogelpest in Rusland en Kazachstan kan tijdens de vogeltrek worden overgebracht naar West-Europa, zo heeft een commissie van deskundigen de minister laten weten.
Die draalt niet, maar kondigt nu dus preventieve maatregelen aan. Dat is geen onnodige angsthazerij. Direct betrokkenen bij de uitbraak van vogelpest, nu ruim twee jaar geleden, kunnen erover meepraten. Het ruimen van miljoenen kippen heeft een behoorlijke impact gehad op de sector: financieel én emotioneel.
Bij een reële dreiging van vogelpest moeten overheid en sector hun verantwoordelijkheid nemen, met daarbij het besef dat de mens wikt, maar God beschikt. Dat wordt licht vergeten.
Een ophokplicht staat echter in geen enkele verhouding tot de uitbraak van een dierziekte en alle maatregelen die daarna moeten worden genomen. En dan praten we nog niet eens over de kans dat het virus muteert naar een variant die letterlijk levensgevaarlijk is voor de mens. In Zuidoost-Azië zijn de afgelopen jaren vijftig mensen overleden als gevolg van dit virus.
De maatregel van de minister oogt op het eerste gezicht vrij eenvoudig: de kippen mogen niet meer naar buiten. Nu ziet het merendeel van de Nederlandse kippen al nooit daglicht; slechts 5 miljoen (van de 80 miljoen) dieren staan als scharrel- of biologische kip te boek.
Protest komt er vanuit de hoek van de dierenbescherming. Een ophokplicht is een disproportionele maatregel, want de kans op overdracht van het virus door trekvogels is zeer gering, zo heet het. Kippen moeten kunnen scharrelen, als het even kan ook buiten het hok, zeggen dierenbeschermers. Daar valt veel voor te zeggen. Wie in de zomermaanden door het buitengebied van bijvoorbeeld Barneveld en Renswoude rijdt, ziet letterlijk hoe het boerenbedrijf dichter bij de burger kan worden gebracht. Dat is geen overbodige luxe, en de sector realiseert zich dat.
De dierenbeschermers dienen te beseffen dat de ophokplicht een tijdelijke maatregel is. Toegegeven: een deel van de biologische kippen beschikt op dit moment niet over een overdekt verblijf. Voor die pluimveehouders is een ophokplicht een serieus probleem.
Het doel van de maatregel -het voorkomen van een uitbraak van vogelpest- is echter ook in het belang van biologische kippen. Dat vraagt op zijn minst om redelijke en voorzichtige tegenargumenten.
De inkomens in de agrarische sector zijn al jaren niet om over naar huis te schrijven. Ook de pluimveehouderij kent wat dat betreft de tucht van de vrije markt. Nu ligt de prijs van een scharrel- of biologisch ei (met het Freiland-keurmerk) een halve tot een hele cent boven de prijs van een ’normaal’ ei. Voorwaarde is wel dat de kippen buiten kunnen lopen. Met een ophokplicht wordt aan die eis niet voldaan. Het zal van de opstelling van Brussel afhangen of Freiland-pluimveehouders die premie mogen behouden. Dat zou een klein winstpunt zijn in deze spannende tijd.