„Het is hier ideaal voor mens en plant”
Zijn vader durfde vroeger het onderwerp temperatuur niet aan te snijden. Toen was het in het voorjaar en de zomer vaak veel te heet in de kas. Nu niet meer. „Mensen voelen zich het beste als er sprake is van voldoende ruimte en licht, een goed klimaat en niet al te zwaar werk. Dat hebben we hier. Het is een ideale omgeving, voor mens en plant.”
Bedrijf: Chrysantenkwekerij Fa. Duijvesteijn
Werknemers: 8 vast, 17 parttimers (scholieren)
Temperatuur: +21 graden
Naam: Wouter Duijvesteijn
Functie: medefirmant
Drie hectare snijbloemen, omringd door glas. Terwijl medewerkers de bloemen snijden, worden luttele meters verderop de nieuwe stekjes alweer klaargezet. Firma Duijvesteijn in Naaldwijk levert het hele jaar door chrysanten. Witte en gele, van de soort Spider. Een oud ras dat in productie niet kan wedijveren met modernere soorten, maar qua schoonheid daar zeker niet voor onderdoet. „We zijn de enige grote kweker die deze soort nog levert”, weet Wouter Duijvesteijn (25). „Maar daarmee onderscheiden we ons wel van de anderen.”
Anno 2005 heeft het familiebedrijf veel weg van een fabriek. „Maar wel een schone waarin de mensen zich goed voelen”, lacht Wouter. De nieuwste automatiseringsnufjes maken het de tuinders gemakkelijk. Niet zonder trots toont hij de twee peperdure gasturbines in de ’machinekamer’. „Die hebben we dit jaar laten plaatsen.” Het bedrijf zorgt zelf voor de stroomvoorziening, levert overtollige stroom aan het regionale energiebedrijf, reinigt rookgassen voor de volle honderd procent en laat de CO(in2( via een vernuftig systeem weer terugstromen in de kassen. De chrysanten smullen van dit goedje.
Buiten is het 20 graden, binnen eveneens. „De binnen- en de buitentemperatuur verschillen meestal niet veel. Over het hele jaar is het hier gemiddeld tussen de 21 en de 22 graden.” Het klimaat in het kassencomplex wordt met ijzeren precisie geregeld door de computergestuurde klimaatbeheersingsinstallatie. De machine meet windsnelheid, vochtigheid, temperatuur, straling en andere gegevens en zorgt ervoor dat de grote beluchtingramen altijd in de juiste stand staan. „Natuurlijk is een kas één grote zonnecollector, maar de grote volumes en goede beluchtingmogelijkheden zorgen ervoor dat de temperatuur niet al te snel oploopt. We hebben een goothoogte van 4,5 meter, de top van de breedtekappen is 8 meter. De lage kassen van vroeger warmden razendsnel op.”
De medewerkers hebben ook geen last van de stralingswarmte, want zij werken onder schermdoeken met aan de bovenzijde reflecterende folie. Duijvesteijn: „Daarmee wordt ook voorkomen dat de gevoelstemperatuur als gevolg van zonnestraling hoog is. Net als bij een parasol buiten. Wij profiteren daarvan, maar de schermdoeken zijn in eerste instantie bedoeld om het licht te verminderen. Dat is nodig om kortdagbloemen zoals chrysanten knop te laten maken. We foppen ze een beetje.”
De tendens om steeds hogere kassen te bouwen houdt nog wel even aan, denkt hij. „Onze kassen dateren uit 2000, inmiddels is de goothoogte van nieuwe kassen 5 meter. Door de grotere afmetingen kun je het klimaat steeds beter regelen en dat is goed voor de planten. En wat goed is voor de planten, is ook goed voor de mens.”
Er is maar één schaduwpuntje, de luchtvochtigheid. Die is gewoonlijk zo’n 70 procent, waardoor op warmere dagen het klimaat in de kas wat klam aandoet. „Als je daar slecht tegen kunt ga je, vooral in het voorjaar, wel zweten.”
Dit is het zesde artikel in een serie over werken bij oplopende temperaturen. Volgende week woensdag deel 7.