Britse inlichtingendienst kende dader
Een van de waarschijnlijke daders van de zelfmoordaanslagen in Londen was bekend bij de Britse inlichtingendienst MI5. De naam van Mohammed Sidique Khan dook volgens de krant The Sunday Times op tijdens een onderzoek naar een mogelijk plan voor een aanslag op een doelwit in Londen in 2004.
Het dodental van de aanslagen in Londen op 7 juli is intussen tot zeker 55 opgelopen. Omdat de 30-jarige Khan slechts indirect betrokken zou zijn bij de verdachten van de aanslag, verloor de MI5 snel alle interesse in de klassenassistent uit Dewsbury. De autoriteiten wilden gisteren de informatie niet bevestigen.
De Israëlische krant Ma’ariv meldde zondag dat Khan in 2003 ook betrokken was bij de organisatie van een aanslag in een café in Tel Aviv, waarbij vier mensen om het leven kwamen, inclusief de dader van Pakistaanse komaf.
De MI5 liet het oog op Khan vallen toen de dienst onderzoek deed naar een verondersteld complot om een vrachtwagen met explosieven tot ontploffing te brengen bij een discotheek in de Londense wijk Soho, aldus de krant. Behalve Khan zouden nog honderden potentiële verdachten zijn doorgelicht.
Het onderzoek naar de opdrachtgevers voor de aanslagen of het netwerk rond de daders is de afgelopen dagen uitgebreid naar enkele andere landen. Vooral Pakistan, het land van herkomst van de ouders van drie van de vier daders, mag zich verheugen in een verscherpte Britse aandacht. De Pakistaanse veiligheidstroepen pakten in de steden Lahore en Faisalabad zaterdag in totaal zes mensen op die banden zouden hebben onderhouden met Shehzad Tanweer, de 22-jarige man die zich op 7 juli opblies in de metro bij Aldgate.
Volgens de Britse autoriteiten is vast komen te staan dat de drie daders met een Pakistaanse achtergrond het afgelopen jaar alle drie in Pakistan zijn geweest. Zeker een van hen zou les hebben gevolgd aan religieuze scholen.
De Pakistaanse ambassadeur bij de Verenigde Naties waarschuwde gisteren Londen er echter voor om Pakistan en andere landen de schuld voor de radicalisering van de Britse moslims in de schoenen te schuiven. De Pakistaanse diplomaat betoogde tegenover de BBC dat het leven in Groot-Brittannië en de westerse politiek in islamitische landen voor jonge moslims blijkbaar een vruchtbare voedingsbodem was om tot terroristische acties over te gaan.
De Britse politie gaf zaterdag de beelden vrij van de vier zelfmoordcommando’s die zijn gemaakt door een bewakingscamera op het station van Luton, ten noorden van Londen. De vier jonge mannen zijn op de ochtend van de aanslagen samen te zien. Zij dragen alle vier een grote rugzak waarin vermoedelijk de explosieven zitten.
De Britse krant The Mirror meldde zaterdag dat de vier mogelijk niet dachten te sterven. Hun opdrachtgever zou hun wellicht hebben voorgehouden dat zij tijd hadden om te ontsnappen als de tijdklokken van de explosieven waren geactiveerd. Hierop wijst, volgens een bron bij de veiligheidsdienst die The Mirror citeert, dat de daders vanuit Luton retourkaartjes hadden gekocht en hun persoonlijke gegevens bij zich droegen.
De familie van Mohammed Sidique Khan heeft zaterdag in een verklaring haar „innige deelneming” aan de nabestaanden van de slachtoffers betuigd en gezegd „geschokt te zijn dat onze zoon mogelijk is gehersenspoeld om een dergelijke gruweldaad uit te voeren.” Maar de oom van Shehzad Tanweer verdedigde in de zondagkrant News of the World de daad van zijn neef als een „opoffering.” Hij noemde de zelfmoorddaders „wanhopige mensen die zich tot extreme maatregelen wenden omdat zij zien dat hun broeders onderbedeeld zijn.”
De grootste soennitische groep in Groot-Brittannië, de Jama’at e Ahl e Sunnat of Soennitische Raad, vaardigde een religieus edict uit tegen terreuraanslagen als die van 7 juli in Londen.