OM vreest verspreiding radicale teksten B.
Het openbaar ministerie vreest dat Mohammed B. na zijn veroordeling door zal gaan met het verspreiden van radicale teksten.
Het heeft om die reden aan minister Donner (Jusitie) gevraagd wat de mogelijkheden zijn om dit te voorkomen, aldus persofficier D. Kruimel van het parket Amsterdam.
Het OM heeft tijdens het onderzoek naar de moord op Theo van Gogh twee geschriften van Mohammed B. onderschept, die hij in de cel had geschreven. Het ging over het vijfde deel van De grondwet van een fundamentalist en een gedicht van twee kantjes waarin hij Osama bin Laden aanhaalde en moslims opriep de strijd aan te gaan.
Volgens de persofficier kon dit en was het mogelijk B. beperkingen op te leggen in het kader van het onderzoek. Als het proces is afgelopen, wordt dat ingewikkelder. Hoewel zij ook toegeeft dat dit nog wel zou kunnen in het kader van het onderzoek naar de activiteiten van de Hofstadgroep.
In principe mag iedereen in Nederland stukken schrijven, publiceren en verspreiden. Bij aanzetten tot haat of opruiïng is het wel mogelijk op te treden. Bewaarders kunnen een gevangene als sanctie wel beperkingen opleggen waardoor communicatie met anderen ook bij het luchten bijvoorbeeld niet meer mogelijk is, maar dat kan alleen tijdelijk.
Tijdens het proces over de moord van Van Gogh bleek dat B. in het Pieter Baancentrum heeft geprobeerd geloofsgenoten aan zich te binden. Hij gaf twee mannen op zijn afdeling les uit de koran, leende gewelddadige teksten aan hen uit en zonderde zich tegen de regels met hen af. Het PBC leidt daaruit af dat B. doorgaat met het rekruteren voor de jihad.
140847 jul 05