„Te vrezen valt dat ook Nederland zich laat islamiseren”
„Het valt te vrezen dat de geschiedenis zich herhalen kan. Dat net als vroeger Mekka, ook Nederland zich uiteindelijk zonder veel dwang laat islamiseren!”
Zo besluit ds. M. de Vries een artikel in het gereformeerde vrijgemaakt orgaan De Reformatie van deze week. Ds. De Vries is missionair predikant onder moslims in het Rijnmondgebied.
In zijn artikel doet de predikant verslag van een bijeenkomst die hij onlangs bijwoonde en die was georganiseerd door een islamitische organisatie in Rotterdam. Uitgenodigd was ook een dominee, „een echte doctor. Die weet tenslotte hoe het zit met het christelijk geloof.”
Het werd voor ds. De Vries een teleurstellende ervaring. „Voor míj is Jezus de weg, de waarheid en het leven”, gaf de doctor aan. „Maar als voor jullie als moslims iets anders de „enige weg” is, wie ben ik dat ik daar wat van zou zeggen?”
De respons van moslimzijde was voorspelbaar, schrijft ds. De Vries. De respectvolle speech, inclusief de relativerende uitleg van Johannes 14:6, had een aanwezige islamitische godsdienstleraar aangenaam getroffen. „Het ís ook een moeilijke uitspraak van Jezus. De discipelen begrepen haar al niet. En hij heeft gemerkt: voor christenen is het ook niet duidelijk. Maar hij als moslim snapt wat Jezus bedoelt. Hetzelfde namelijk als Mohammed, die verkondigde dat er slechts één God is!”
Ds. De Vries wierp nog tegen dat hij het niet zo respectvol vindt klinken als een moslim zegt dat hij de Bijbel beter begrijpt dan een christen. „Stel je het omgekeerde eens voor, dat ik moslims wel eens even vertel wat een korantekst betekent. Maar het landt niet. „De echte christenen, dat zijn wij, moslims!””
De predikant vraagt zich af wat zijn collega nu heeft bereikt. Hij heeft het volgens hem zeker niet aannemelijk gemaakt dat een gekruisigde Jezus Christus alle mensen zielenrust te bieden heeft. Zonder een enkele vraag te stellen bij de „absolute rationalistische waarheidsclaims van de islam” (die zonder enige relativering werden gepresenteerd), heeft hij in feite de moslims „netjes” toestemming gevraagd om hem zijn geloof te laten houden. „De moslims vonden het best. In de soerat al-kaafiroen (”De ongelovigen”) staat immers: „Jullie hebben jullie godsdienst en ik heb mijn godsdienst”?”
