Aartsbisdom Utrecht moet inkrimpen
Het aartsbisdom Utrecht moet fors inkrimpen. Van de 75 arbeidsplaatsen die het diocees kent, moeten er de komende jaren tien tot vijftien verdwijnen. Hierdoor hoopt het bisdom in 2006 het huidige tekort te hebben weggewerkt.
Dat heeft J. Klok, de econoom van het bisdom, gezegd. De leiding van het bisdom verwacht geen medewerkers de laan uit te hoeven sturen. Er is wel een vacaturestop afgekondigd.
Dit jaar verwacht het aartsbisdom nog 1 miljoen euro in het rood te komen te staan. De tekorten zijn deels toe te schrijven aan tegenvallende beleggingen, maar vooral door de kosten die de herinrichting van het bisdom met zich meebrengt.
De ruim 300 Utrechtse parochies zijn de afgelopen twee jaar 45 parochieverbanden gaan vormen. Door de ontkerkelijking en de sterke daling van het aantal priesters kunnen de parochies niet meer volledig op eigen benen staan. De nieuwe parochieverbanden krijgen elk een eigen pastoraal team, dat werkt voor de verschillende parochies. Dat betekent dat de parochies geen eigen priester meer hebben. In het aartsbisdom nam het aantal priesters de laatste jaren met een kwart af. De nieuwe parochieverbanden moeten elk twee priesters krijgen.
Vicaris-generaal P. Rentinck verwacht dat in 2010 een groot deel van de parochieverbanden zich zal hebben ontwikkeld tot zelfstandige parochies, met op wijk- en dorpsniveau eigen gemeenschappen. De kosten van de herinrichting van het bisdom zijn voor een groot deel toe te schrijven aan scholing en begeleiding van leden van de nieuwe pastorale teams. Door efficiënter te werken en door de personele inkrimping hoopt Klok de achterstand in te kunnen lopen.
De afdrachten van de parochies aan het aartsbisdom zullen in ieder geval niet omhooggaan. Volgens Klok zullen die al de grootste moeite hebben om de lasten voor hun kerken te blijven dragen. De helft van de kerken in het Utrechtse bisdom is monument. Klok noemde de aanstaande wijziging van het rijksmonumentenbeleid „desastreus”, omdat er veel minder geld voor kerken zal zijn.
In de hele Nederlandse Rooms-Katholieke Kerk gaan de laatste jaren al parochies samenwerken. In het bisdom Haarlem is dit proces al bijna afgerond. De 180 parochies gaan 30 tot 35 regio’s vormen. De afzonderlijke parochies blijven wel bestaan. Nu telt het bisdom een kleine tachtig priesters. Het is de bedoeling dat elke regio straks over twee à drie priesters kan beschikken.
De woordvoerder van het bisdom Haarlem verwacht dat de kerkganger de komende jaren aan den lijve zal ondervinden dat de kerk het met minder personeel moet doen. „Het zal niet meer zo zijn dat de kerkdeur elke morgen openstaat, maar slechts eenmaal in de twee weken.”