De gedeputeerden zouden zich schuldig maken aan het innemen van standpunten over nog lopende kwesties en die naar buiten brengen zonder de Staten hierin te kennen.

Daarover was VVD-fractievoorzitter Sj. D. Swane boos. Hij wilde meer respect voor de beslissingsbevoegdheid van PS. „De laatste maanden wordt onze fractie voortdurend geconfronteerd met meningen van uw college, dan wel meningen van individuele collegeleden en ambtenaren.”

Vooral de deelname aan de openbare discussie over de grootte van de provincie Utrecht stak Swane. „Dat leidt naar onze mening tot bestuurlijke onrust en onduidelijkheid over de uiteindelijke koers van onze provincie. Immers, uiteindelijk bepalen de Staten de koers in dezen en niet het college van GS.”

Gedeputeerde J. Lokker wist niet hoe snel hij moest toegeven dat PS inderdaad het laatste woord heeft. „Het standpunt van GS is dan ook altijd met voorbehoud van de goedkeuring van Provinciale Staten.”

Dit was echter niet voldoende voor GroenLinks. Fractievoorzitter R. Bijkerk: „PS heeft niet alleen het laatste woord, maar ook het eerste woord. Daartussen is GS aan zet om het uitgestippelde beleid vorm te geven.”

Daar sprong gedeputeerde Lokker op in. „Als de kaders ontbreken, is er voor GS ruimte om aan de discussie deel te nemen.”

Ook commissaris van de Koningin B. Staal mengde zich in de onenigheid: „PS, neem uw verantwoordelijkheid. Stel kaders en maak van uw positie geen karikatuur.”

In september voeren GS en PS een debat om de betreffende kaders te stellen. Lokker deed alvast een voorzetje: „Het is voor GS volstrekt helder dat het primaat bij PS ligt en zal blijven liggen.”