Multicycle concurreert niet op prijs
In de hal van het bedrijf staat een tandem, in de bekende politiekleuren. „Agenten kunnen zo samen surveilleren, of een arrestant vervoeren naar het bureau.” Directeur-eigenaar Jacob Pot van fietsenfabriek Multicycle in Ulft houdt wel van vernieuwingen. „Komend najaar komen we weer met een paar noviteiten. Die zijn nog even topgeheim.”
De naam doet anders vermoeden, maar Multicycle is een oer-Hollands product. In 1976 besloot de technisch aangelegde Peugeot-fietsenvertegenwoordiger Nico Bieleveldt een Shimano-vinding -een vrij draaiend tandwiel dat het schakelen met een derailleur aanmerkelijk makkelijker maakte- zelf in de markt te zetten. „’s Winters fietsen bouwen, ’s zomers het land in om ze aan de man te brengen”, vertelt Pot.
Die trad op zijn beurt in 1990 in dienst bij Bieleveldt, met de bedoeling hem te zijner tijd op te volgen. „Mijn vader had twee zonen en één fietsenzaak, op de grens van Staphorst en Meppel. Daar staat nu mijn broer aan het roer. En ik ben hier terechtgekomen.”
De naam Multicycle zal niet iedereen bekend voorkomen. Kan ook bijna niet, betoogt Pot. „De grote namen als Gazelle en Batavus bestaan al meer dan honderd jaar. Met die merken zijn generaties opgegroeid. Zover zijn wij nog niet.” Overigens, het gros van het publiek zal niet veel verder komen dan vier, vijf fietsnamen. „Terwijl er toch echt tussen de dertig en de veertig merken bestaan in Nederland.”
Multicycle assembleert in Ulft jaarlijks zo’n 5000 fietsen. De frames komen uit het Verre Oosten. Het spuitwerk heeft plaats in Duitsland. In een stagnerende markt is het zaak om ”niches” op te zoeken, oordeelt Pot. „Je kunt op prijs gaan concurreren, maar dat doen er al zoveel. Wij kiezen voor het duurdere segment, waarbij aan de kwaliteit geen concessies worden gedaan.” Door middel van tal van opties -„net zoals dat bij een auto gebeurt”- is een Multicycle-model zo duur te maken als de klant maar wil. „Ons instapmodel van 750 euro is kwalitatief gezien een prima fiets. Maar wil de klant meer, dan kan hij ook 3500 euro uitgeven.”
Hoe duurder de modellen, des te meer Multicycle-uitvindingen er aan het rijwiel terug te vinden zijn. De fabrikant kwam als eerste in de branche met een trapasslot. „Zonder sleutel valt er niet te fietsen. En wil je het slot verwijderen, dan zul je het frame door moeten zagen. Dat fietst ook niet echt gemakkelijk meer.”
Een andere vinding is het MC Safebrake-systeem, waarbij altijd de achterrem in werking treedt zodra er maar één van de handremmen wordt ingeknepen. Pot: „Dat is veel veiliger. Een wegslippend voorwiel of -nog erger- over de kop slaan, is er niet meer bij.” Drukmeters op de ventielen geven aan wanneer de band te slap is: groen is oké, geel waarschuwt en rood vraagt om een fietspomp. Over pompjes gesproken: die worden nogal eens ’geleend’. Multicycle levert er een slotje bij, plus een reparatiesetje dat in het handvat van de pomp zit verstopt.
Het bedrijf in Ulft zet zijn fietsen af via zo’n 150 tot 200 dealers. Pot: „Dat zijn mensen die meer doen dan alleen een fiets verkopen. Bij een Multicycle hoort een verhaal, plus een goede service. Zoiets krijg je niet bij de Gamma. Dat is een volstrekt ander kanaal.” De directeur beschouwt consumenten vanaf een jaar of veertig als zijn directe doelgroep. „Die hebben tijd, geld en kiezen steeds vaker voor sportiviteit en bewegen.”
Innovatie in de fietsenbranche wordt nog wel eens onderschat, meent Pot. „Vroeger luidde het gezegde dat wanneer je nergens voor deugde, je nog altijd fietsenmaker kon worden.” Vandaag de dag een volstrekt onterechte uitspraak. „Wie in dit vak aan de slag wil, heeft een pittige scholing nodig, vergelijkbaar met een opleiding voor autotechnicus. We werken met automatische schakelsystemen, met naafdynamo’s die computers aansturen, met zelfdenkende vering en noem maar op. Wie daarmee raad weet, moet heel wat in zijn mars hebben.”
Multicycle richt zich op „gestage groei.” Pot: „Een Chinese wijsgeer zei eens: Rijk worden is dat kunstje uitbuiten waar je goed in bent. Nou hoef ik niet rijk te worden, maar een gezond bedrijf met toekomst en werkgelegenheid voor zo’n vijftien gezinnen, dat is wat me voor ogen staat.”
Of de politietandem ooit in het straatbeeld te zien is, is nog de vraag. „Een leverancier die de politie als klant heeft, vroeg me zo’n model te maken. Je weet nooit wat dat oplevert.” En hoe zit het nou met die nieuwe uitvindingen? „Nee, dat mag echt nog niet bekend worden. Maar het zal opvallend zijn, dat staat vast.”