Onkunde kan ondergang kerk worden
In de prediking bestaat te weinig aandacht voor het doorgeven van bijbelkennis. Deze klacht klonk onlangs op de jaarvergadering van de Arbeitsgemeinschaft Missionarische Dienste (AMD) in het Duitse Hofgeismar. In drie artikelen geven predikanten hun visie. Wie onkundig is in de Schrift loopt allerlei gevaren, schrijft Ds. A. Moerkerken.
Onkunde is hinderlijk. Dat geldt voor alle terreinen van het leven. Ze is dáárom zo hinderlijk, omdat juist een onkundig mens zich pleegt te uiten met een vrijmoedigheid die omgekeerd evenredig is aan zijn kennis en inzicht. Echte kennis maakt altijd bescheiden.
Als onkunde nu alleen maar hinderlijk zou zijn, zou het nog niet zo erg zijn. Maar onkunde kan ook gevaarlijk zijn. De onkundige arts, de onkundige monteur, de onkundige piloot. zij kunnen brokken maken. Des te meer geldt dit echter het geestelijk leven. Als dáár onkunde heerst, kan ze zelfs onze ziel schade doen voor de eeuwigheid.
Getroost
Er is zeker een verband tussen onkunde en het geestelijk leven. Iemand die onkundig is in de Schrift, loopt allerlei gevaren. Soms heerst de gedachte dat, als God een mens bekeert, kennis van Gods Woord er verder niet zo veel toe doet. Dat is een misvatting. Ook in het leven van Gods kinderen kan onkunde schade doen.
Een bekeerde ambtsdrager kan verkeerd leidinggeven en onjuist onderwijs, als hij niet voldoende onderlegd is in de Schriften. De predikant uit mijn jeugdjaren placht nogal eens te zeggen: „We moeten maar nooit een lans breken voor de onkunde.” En dat is waar. Ooit sprak ik iemand die zich uitgaf voor een kind des Heeren en er zich tevens op beroemde nooit een goed boek te lezen. We moesten voor zo’n houding maar niet te veel respect hebben.
Kan kennis dan niet opgeblazen maken? Jawel. Maar dat ligt dan niet aan de hoeveelheid, maar aan de aard van onze kennis. Kennis die geen vrucht is van Gods Geest, die alléén in het verstand zetelt en niet als een heilig zuurdeeg de gehele mens doortrekt, maakt inderdaad hoogmoedig voor God en onuitstaanbaar voor de mensen. Waar echter iets van de vreze des Heeren mag zijn, zal ook de behoefte aan schriftuurlijk onderwijs komen.
Onkunde. Hoe kan die dan schadelijk zijn voor het geestelijk leven? Een paar voorbeelden. Het komt voor dat iemand een „tekst krijgt”, die nergens in de Bijbel staat, of althans niet zó in de Bijbel staat. Hij is er door getroost. Kan dat? Nee, dat kan niet. Wij geloven dat de Heere spreekt door Zijn Woord en Geest en dat Hij ook zó onderwijs wil geven. God kent -met eerbied gesproken- Zijn eigen Woord volmaakt.
Nuance
Natuurlijk kunnen bepaalde woorden wel waar zijn, al staan ze niet in de Schrift. Dat ”bid en werk” een goede regel is, behoeven we niet te ontkennen. Maar in de Bijbel staan die woorden niet: ze zijn de lijfspreuk van de oude benedictijner orde.
Erger wordt het als iemand meent dat God tot hem gesproken heeft door woorden die in feite tegen de Schrift ingaan. Dan kan onkunde inderdaad schadelijk zijn. Schadelijk in de meest ernstige vorm van het woord, namelijk voor onze ziel op reis naar de eeuwigheid.
Een ander voorbeeld: We kunnen onkundig zijn met betrekking tot de grondstukken van de geloofsleer. Het overkwam een predikant op de catechisatie, dat na zijn opmerking dat de Heere Jezus voor Zijn uitverkorenen Zijn bloed heeft gestort, voor hen állen en voor hen alléén, een catechisant verontwaardigd werd. De dominee zou met deze woorden tekortdoen aan de liefde van God!
Op zijn vraag voor wie Christus dan wél gestorven is, antwoordde de jongen: „Voor iedereen natuurlijk! Dat moet we nu aannemen!” Een ander bracht nog een nuance aan: De Heere Jezus zou Zijn bloed gestort hebben voor allen die in Hem geloven…
Dat deze jongens -onwetend- het pleit voerden voor de leer van de algemene verzoening, kwam niet bij hen op. Dat Arminius zo’n vier eeuwen geleden dezelfde argumenten had gebruikt als zij, wisten zij ook al niet.
Ondergang
Het viel de catecheet niet gemakkelijk de jonge mensen duidelijk te maken dat de gereformeerde leer van de particuliere voldoening zich heel goed laat verenigen met een hartelijke en tot allen komende prediking van de nodigingen van het Evangelie.
Onkunde kan een kerk schade doen. Ze kan zelfs haar ondergang worden! De kerkgeschiedenis leert ons dat op plaatsen waar het oprechte geestelijke leven verdween en de geheiligde kennis van God en Zijn Woord teloorging, uiteindelijk de kandelaar werd geweerd van zijn plaats. Het moet ons een aansporing zijn, onze fundering te zoeken in de Heilige Schrift, haar te onderzoeken zo veel wij kunnen en -dit geldt juist degenen die de Heere vrezen!- onszelf gedurig te oefenen in de overlegging van de verborgenheden des geloofs.
De auteur is predikant van de gereformeerde gemeente te Capelle aan den IJssel.