Opgroeien in eenzaamheid
Titel:
”Martha”
Auteur: Eva Nöldeke; vert. Nico Eikelenboom
Uitgeverij: Den Hertog, Houten; 2004
ISBN 90 331 1841 6
Pagina’s: 202
Prijs: € 14,90. „Wat is er van de kinderen terechtgekomen?” Dat was de vraag die Eva Nöldeke voortdurend kreeg nadat zij het boek ”Die met tranen zaaien” -over het leven en sterven van de zendelingsvrouw Emilie Christaller- had geschreven. In het vervolgdeel ”Martha” beschrijft ze daarom het lot van de kinderen die eenzaam achterbleven in Duitsland.
Een stijve jurk, een vlecht om het hoofd en twee droevige ogen, zo staart Martha Christaller de lezer van de roman ”Martha” aan vanaf de omslag van het boek. De foto van het 7-jarige meisje blijkt uit het familiebezit -Emilie Christaller was de overgrootmoeder van de man van de schrijfster- van de familie Nöldeke te komen. Op die leeftijd kan het meisje zich onmogelijk erg vrolijk hebben gevoeld. Dat blijkt ook wel uit de eerste hoofdstukken van het boek.
Wie zich in het leven van Martha wil verdiepen, doet er goed aan om eerst ”Met tranen zaaien” te lezen. Dat eindigt bij de dood van Emilie, de moeder van Martha. Het tweede deel begint drie jaar eerder, als de zendelingsvrouw haar kinderen in het zendingshuis in Basel achter moet laten. Hoewel Martha vierenhalf jaar is, kan ze zich die momenten nog levendig herinneren. „De angst was vreselijk, de leegte, de tranen, die alles natmaakten, en de lucht van de grote slaapzaal. (…) Mama heeft die avond lang op mijn bed gezeten. Ze streelde me omdat ik niet kon ophouden met huilen. Ik voelde haar hand op mijn haar, tot ik van uitputting in slaap ben gevallen. De volgende morgen, een koude, grijze oktobermorgen, was ze weg.” Om nooit meer terug te komen.
Meelijwekkend
De kleine Martha groeit op in het zendingshuis in Basel. Het verlegen meisje heeft het zeker in het begin erg moeilijk. Constantia Scholtz zwaait er de scepter. Wanneer er volwassenen in de buurt zijn is zij erg vriendelijk. Zodra er niemand toekijkt, straft ze de meisjes voortdurend. Een klein vergrijp als slordig neergezette schoenen verdraagt de vrouw niet.
Meelijwekkend zijn sommige passages die Eva Nöldeke over de kinderen in het zendingshuis beschrijft: „Tante Scholtz deed zonder pardon het nachthemd omhoog, legde Eunike over een krukje en gaf haar met een Spaans rietje verscheidene klappen op haar blote bips. (…). Eunike lag op haar buik, elke hand had ze in een schoen gestopt, die ze op haar kussen heen en weer liet gaan. De linkerschoen schuurde voorzichtig langs de punt van de rechter en mompelde met een zware stem: „Je moet niet huilen, morgen doet het vast geen pijn meer.” Toen bewoog de andere schoen heen en weer, en een hoog stemmetje fluisterde: „Nee, nee, ik huil niet. Morgen gaan we naar Afrika. Ga je mee?”
Als Martha zeven jaar oud is, krijgt ze te horen dat haar moeder is overleden. Jaren later komt haar vader terug uit Afrika. Veel steun hoeven zijn vijf kinderen echter niet van hem te verwachten. „De innerlijke onrust van mijn vader bepaalde zijn leven en stond hem in de weg om voor ons een rustpunt in het leven te zijn, een rustpunt dat voor ons allemaal zo hard nodig was geweest.”
De relatie van Martha tot haar broers komt slechts zijdelings in het boek aan bod. Dat is niet erg verwonderlijk, omdat zij hen, zeker in de eerste jaren dat ze in het zendingshuis woont, alleen maar op zondag ziet. Gottreich en Paul wonen namelijk in het jongenshuis en mogen slechts één keer in de week bij hun zus op bezoek komen. De overige broers wonen dan nog bij familieleden.
Diep geloof
De ontroering die Eva Nöldeke met het eerste deel ”Die met tranen zaaien” weet op te roepen, mist de lezer in ”Martha”. Mogelijk komt dat doordat het leven van Martha niet zo bewogen is geweest als dat van haar moeder. Maar hoewel de formulering van de zinnen soms vrij moeizaam is, is het boek het lezen zeker waard. De hoofdpersoon ervaart veel verdriet, toch groeit zij op tot -zoals de achterflap het beschrijft- een vrouw met een „opgewekt gemoed en een diep geloof”. ”Martha” is een mooie tegenhanger van alle -soms mierzoete- Amerikaanse avonturenromans die zo gretig aftrek vinden.