De oud gereformeerde gemeente in Krimpen aan den IJssel heeft begin deze maand een nieuw verenigingsgebouw in gebruik genomen. Het complex bestaat uit een grote zaal, een kleine zaal, een opbaarruimte, een beheersruimte, een keuken en een centrale toiletgroep. Doordat de nieuwe toiletgroep ook bestemd was voor de kerk, kon de oude toiletgroep vervallen. Hierdoor ontstond er in de hal van de kerk meer ruimte. Voor het nieuwe verenigingsgebouw moest een strook grond van de burgerlijke gemeente worden aangekocht. De totale kosten van de uitbreiding bedragen ongeveer 800.000 euro. De oud gereformeerde gemeente te Krimpen aan den IJssel telt ongeveer 1900 (doop)leden.

Nieuwe kerk Wijk

De hersteld hervormde gemeente te Wijk bij Heusden gaat een nieuwe kerk bouwen. Momenteel komen de gemeenteleden nog samen in de aula van het Willem van Oranje College. De gemeente heeft voor de nieuwbouw het Da Vinci College aangekocht. De gymzaal van deze school wordt gesloopt. Op die plek komt een kerk. De aula, de klaslokalen en de kantoren worden zodanig omgebouwd dat de verenigingen er gebruik van kunnen maken. De kerk en het verenigingsgebouw worden tegen elkaar aan gebouwd. Naar verwachting gaat de bouw over een jaar van start.

Volgens scriba C. W. Verzijl wordt de kerk in een romaanse vorm gebouwd. De scriba zegt blij te zijn met de locatie aan de Engelse Stoof 1. „Gelukkig hebben we momenteel onderdak in het Willem van Oranje College. Maar we wilden toch liever een echt kerkgebouw. We krijgen nu een totaaloppervlakte van 3750 vierkante meter. Daardoor kunnen we ook 57 parkeerplaatsen realiseren.”

Elke zondag bezoeken zo’n 400 tot 450 mensen de hersteld hervormde gemeente, terwijl er officieel zo’n 600 leden en doopleden zijn. „De nieuwe kerk krijgt 500 zitplaatsen. Dat is dus iets meer dan het aantal mensen dat de diensten bezoekt. Maar je weet vooraf niet hoe het ledental zich ontwikkelt.”

De aankoop van het Da Vinci College is inmiddels nagenoeg gefinancierd. „Het gebouw kostte 410.000 euro. Er was onder de leden een grote offervaardigheid.”

De gemeente krijgt per 1 juni een eigen predikant. Ds. C. M. Buijs uit Nieuwleusen doet dan intrede.

Tweede morgendienst

De christelijke gereformeerde Bethelkerk in Veenendaal, een van de twee christelijke gereformeerde kerken ter plaatse, belegt sinds 6 maart een tweede dienst op zondagmorgen. Het kerkgebouw kon de -2050 (doop)leden tellende- gemeente op zondagmorgen niet meer bergen. De kerkzaal zat overvol en ook de parkeerplaats bood te weinig ruimte.

Nu zijn er twee diensten, om negen uur en om kwart voor elf. „En dat loopt voor het overgrote deel van de gemeente naar tevredenheid”, zegt ds. J. van Langevelde desgevraagd. Tijdens de dienst van negen uur is de kerk, met zo’n 600 zitplaatsen, zo goed als vol. „Om kwart voor elf is het aantal bezoekers duidelijk minder. Toch is de kerk dan nog wel zo goed bezet dat we mogen vaststellen dat we een goede beslissing hebben genomen. Het is onze stellige indruk dat er nu in totaal meer mensen komen dan voorheen.”

Tot nu toe zijn de beide morgendiensten over het algemeen identiek. De kerkenraad werkt op dit moment echter aan een plan om een van de drie zondagse diensten een wat andere invulling te geven. „Voor rand- en buitenkerkelijken, op wie wij ons ook echt willen richten, is de drempel om een traditionele kerkdienst bij te wonen erg hoog. We willen nu kijken of we een van de diensten soms een wat laagdrempeliger invulling kunnen geven. Op dit moment zitten we nog midden in het proces van nadenken daarover; de invoering laat dus nog wel een paar maanden op zich wachten.

Je loopt hier toch tegen vragen aan als: Wat is een eredienst? Wat past daar nog wel in, wat niet meer?”

In principe kan telkens een van de drie zondagse diensten zo’n andersoortige invulling gaan krijgen, aldus. ds. Van Langevelde.

Wat betreft de middagdienst: „We merken niet dat die minder wordt bezocht. Daar waren we wel even bang voor. Maar nee, de dienst wordt nog altijd goed bezocht, zij het wel een stuk minder dan de morgendiensten.”

Kerk Haarlem-Centrum

De gereformeerde kerk van Haarlem-Centrum (Wilhelminakerk) wil toetreden tot het verband van de Nederlands Gereformeerde Kerken. Dat heeft de kerkenraad van de Wilhelminakerk met instemming van de gemeente besloten.

Vorig voorjaar besloot Haarlem-Centrum om niet mee te gaan in de Protestantse Kerk in Nederland en sloot zij zich voorlopig aan bij de Voortgezette Gereformeerde Kerken in Nederland. In het afgelopen jaar heeft de gemeente zich breed georiënteerd over de te kiezen richting, zo schrijft zij in een persbericht. Er zijn gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van diverse kerkverbanden en uiteindelijk is gekozen voor aansluiting bij de Nederlands Gereformeerde Kerken, „omdat de uitgangspunten van beide kerken het meeste op elkaar aansluiten.”

De beslissing tot toelating van Haarlem-Centrum ligt nu bij de regio (classis) Amsterdam-Haarlem van de Nederlands Gereformeerde Kerken, die zich daartoe laat adviseren door de landelijke commissie voor contact en samenspreking met andere kerken (CCS).

In een bespreking op 10 mei met vertegenwoordigers van de regio Amsterdam-Haarlem, de CCS en de genabuurde Nederlands gereformeerde kerk van Heemstede-Haarlem heeft een delegatie van Haarlem-Centrum zijn beslissing toegelicht en zijn er afspraken gemaakt over het vervolgtraject. Bas Leeuwerke, voorzitter van de kerkenraad en van de bezinningscommissie, verwacht dat er medio juni meer duidelijkheid zal zijn over hoe de regio ten opzichte van het verzoek van zijn gemeente staat.

De kerk van Haarlem-Centrum telt 460 leden. De gemeente, die sinds het najaar vacant is, zal op korte termijn het beroepingswerk ter hand nemen. Het is waarschijnlijk dat een predikant of kandidaat uit de Nederlands Gereformeerde Kerken wordt beroepen, aldus Leeuwerke.

De rubriek Grondvlak is bedoeld voor nieuws vanuit plaatselijke gemeenten. Berichten die voor plaatsing in aanmerking komen, kunnen worden gemaild naar: grondvlak@refdag.nl. Post kan gestuurd worden naar: Reformatorisch Dagblad, t.a.v. kerkredactie, Postbus 670, 7300 AR Apeldoorn.