Currence moet pinmarkt openen
Aan de monopoliepositie van betalingsverwerker Interpay moet een einde komen. De hiertoe opgerichte toezichthouder Currence moet de concurrentie in het Nederlandse betalingsverkeer bevorderen.
Dat bleek dinsdag bij de presentatie van de nieuwe onafhankelijke toezichthouder. Eind februari constateerde de kartelwaakhond NMa al dat er nog steeds te weinig concurrentie is op de markt voor de verwerking van het betalingsverkeer. Interpay, eigendom van de Nederlandse banken, handelt bijna al het pin- en chipverkeer in Nederland af.
De nieuwe organisatie heeft zeggenschap over pinpas, chipknip, incasso en acceptgiro en bepaalt aan de hand van strenge regels wie mee mag doen met het elektronische betalingsverkeer. Voorheen was dat toezicht in handen van marktleider Interpay. Op aanraden van de commissie-Wellink stootte die het toezicht af. „Wij zijn er om de concurrentie van Interpay de ruimte te geven”, zei directeur Ada van der Veer van Currence. „Maar marktwerking heeft tijd nodig.”
Het is de vraag of er ook echt meer concurrentie komt op de markt voor betalingsverwerkers. Deze markt is grotendeels gebonden aan de landsgrenzen, omdat banken bij voorkeur zakendoen met een lokale afhandelaar. Interpay is zelfs volledig eigendom van Nederlandse banken. „Ik kan niet voorspellen of de kosten voor het betalingsverkeer zullen dalen”, zei Van der Veer.
Fabrikanten van betaalterminals en telecombedrijven kunnen zich door Currence laten certificeren. Dat is een voorwaarde om apparatuur te mogen leveren voor pin- en chipknipbetalingen. Banken moeten een licentie aanvragen voordat zij hun klanten een pinpas, chipknip, acceptgiro of incasso mogen aanbieden. Currence rekent daar geen buitensporige tarieven voor, aldus Van der Veer.
Voor de detailhandel en consumenten verandert er vooralsnog niets. Van der Veer hoopt dat haar werk ertoe zal leiden dat bijvoorbeeld technische innovatie sneller doorgang vindt. Dat kan ook zijn weerslag hebben op de kosten. De Nederlandsche Bank (DNB) schreef vorig jaar dat winkeliers door gebruik te maken van bijvoorbeeld een vaste internetverbinding gemiddeld 6 cent op iedere pinbetaling kunnen besparen.
DNB ging hiervoor uit van een gemiddelde van 19 cent per betaling, het totaal aan maatschappelijke kosten voor de transactie, communicatie en apparatuur. Currence ontvangt als eigenaar en regulator van het merk PIN per transactie tweederde cent van de banken. Daarmee is een transactie zevenhonderdste cent duurder geworden dan in de oude situatie onder Interpay.
Currence gaat geen nieuwe betaalproducten ontwikkelen. Ook op het vlak van de Europese pinpas, waarover al lange tijd gesproken wordt, ziet Van der Veer geen rol weggelegd voor Currence. Het zal naar verwachting tot 2010 duren voordat Europa zo ver is.
Een aantal Nederlandse banken presenteert na de zomer al het internetbetalingssysteem Ideal. „Dat kan een van de producten zijn die bij ons worden ondergebracht”, zegt Van der Veer.
De toezichthouder benadrukt dat de banken, die aandeelhouder zijn in Currence, geen invloed hebben op de regelgeving rondom de producten. Ook kunnen zij de toelating van nieuwe banken of betalingsverwerkers tot de markt niet verhinderen. Op 1 januari wordt het aantal onafhankelijke commissarissen vergroot naar vijf, de helft van het totaalaantal commissarissen. Dit gaat ten koste van de macht van aandeelhoudende banken.