Geen cassatie tegen vrijspraak Eric O.
Het openbaar ministerie gaat niet in cassatie tegen de vrijspraak van marinier Eric O. Dat heeft persadvocaat-generaal A. Welschen van het OM in Arnhem woensdag bekendgemaakt.
Volgens G. J. Knoops, de raadsman van Eric O., reageerde zijn cliënt enorm blij op het nieuws. „De opluchting in huize O. is bijzonder groot.” Ook minister Kamp van Defensie was „verheugd dat het boek eindelijk gesloten kan worden.”
„Het streven van het OM was om helderheid te krijgen over de omstandigheden waaronder een uitgezonden militair geweld mag plegen. Die helderheid is nu bereikt doordat de rechter ook in hoger beroep geoordeeld heeft dat de Rules of Engagement van toepassing zijn op het optreden van uitgezonden militairen”, aldus de verklaring van het OM. Onder de Rules of Engagement worden de internationale geweldsinstructies verstaan.
De 44-jarige sergeant-majoor werd verdacht van het overtreden van de geweldsinstructies voor Nederlandse militairen in Irak waardoor volgens het OM in december 2003 een Irakees onnodig werd gedood. Het OM had hiervoor zes maanden voorwaardelijke militaire detentie en 240 uur taakstraf geëist. O. werd zowel door de rechtbank als door het gerechtshof vrijgesproken.
Het hof volgde het oordeel van de rechtbank en was het niet eens met het OM, dat stelde dat de rechtbank op onterechte gronden tot vrijspraak was gekomen. De rechtbank sprak O. vrij op basis van de internationaal geldende geweldsvoorschriften. Volgens het OM was de rechtbank hierin te ver doorgeschoten en had de rechtbank de Nederlandse dienstvoorschriften als uitgangspunt moeten nemen. Mede hierom was het OM in hoger beroep gegaan. Het hof stelde echter dat de rechtbank juist heeft gehandeld.
Volgens Knoops bevestigt de motivering van het OM om niet in cassatie te gaan, het standpunt dat hij voerde voor het hof. Hij stelde dat het OM via de rechtszaak van O. een toetsingsmodel wilde krijgen wat duidelijk maakt hoe dit soort zaken in de toekomst moet worden afgehandeld. Knoops noemde dit een onjuiste werkwijze en vond dat het OM zich daarvoor tot de wetgevende macht moet wenden.
„Nu is duidelijk geworden dat het het OM op zich niet om Eric O. was te doen, maar om het algemeen belang. Dat is heel spijtig. In die zin is het een overbodig proces geweest dat veel leed heeft veroorzaakt. Een trieste conclusie”, aldus Knoops.
In de uitspraak ging het hof ook in op de rol van het OM in de zaak van Eric O. Het hof stelde dat, hoewel het OM in zijn recht stond vervolging in te stellen, het onderzoek naar het schietincident niet volledig is geweest. Ook was de zaak in eerste instantie veel te zwaar ingezet. Dat kwam mede doordat het OM „kennelijk onvoorbereid was hoe een dergelijk incident aan te pakken.” De kritiek van het hof kreeg veel bijval vanuit politieke en militaire hoek.
Minister Kamp van Defensie liet in een reactie weten „verheugd” te zijn „dat het boek van het schietincident met Eric O. eindelijk gesloten kan worden nu het OM afziet van cassatie.” Kamp is vooral verheugd voor de sergeant-majoor Eric O. en zijn familie, aldus de woordvoerder van de minister.
Kamp gaat nu „vaart zetten” achter zijn toezegging aan de Tweede Kamer voor een commissie die het hele proces gaat evalueren en daaruit „bredere lessen” gaat trekken voor de samenwerking tussen het OM en Defensie. Kamp is daarover in overleg met minister Donner van Justitie.
Wat de minister betreft, is marinier Eric O. „volledig inzetbaar” voor toekomstige militaire operaties. Kamp bezocht O. afgelopen vrijdag in diens huis, waar de twee een „goed en vertrouwelijk” gesprek hadden.
VVD-Tweede-Kamerlid Van Baalen noemt het besluit van het OM af te zien van cassatie „wijs.” „Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald.”