TNO houdt vast aan eigen conclusies vuurwerkramp
TNO ziet nog geen reden om de conclusies van zijn eigen onderzoek over de vuurwerkramp in Enschede te veranderen. Dat heeft een woordvoerder dinsdag laten weten.
Hij reageerde op de uitkomsten van een onderzoek van de Oostenrijkse wetenschapper Kappl. Die zei maandag dat een grote hoeveelheid verpakkingspapier door een vuurzee is omgezet in koolstof met als gevolg een enorme koolstofexplosie.
Voor TNO is het nog onduidelijk hoe Kappl tot zijn conclusies is gekomen. „Het TNO-team ter plaatse kende indertijd immers ook deskundigen op gebied van gas- en stofexplosies. Onze analyse was voldoende om de kracht van de explosie te verklaren”, aldus de TNO-woordvoerder. „Stof explodeert namelijk alleen als het opgesloten is. Als het in de vrije lucht hangt, krijg je alleen een vuurwolk en geen explosie”.
TNO kent de precieze inhoud van het rapport de wetenschapper niet en zal het snel opvragen. Dr. Kappl is van het in Wenen gevestigde Federal Research Institute Arsenal. Hij deed, op verzoek van een aantal verontruste inwoners van Enschede, drie jaar onderzoek naar de oorzaak van de vuurwerkramp.
Kappl kwam onder andere tot de conclusie dat de explosies zo krachtig waren dat er meer voor nodig was dan uitsluitend de hoeveelheid vuurwerk. „Met name bij de tweede grote explosie is goed te zien dat er veel stof en onverbrand materiaal in de lucht hing. Dit was afkomstig van verpakkingspapier”, stelt de Oostenrijker.
De vuurwerkramp in Enschede was op 13 mei 2000. Vrijdag is het vijf jaar geleden dat door de vuurwerkramp de wijk Roombeek van de kaart werd geveegd. Daarbij kwamen 22 mensen om het leven, raakten meer dan duizend mensen gewond en werden honderden woningen verwoest.