Onduidelijkheid over kosten wederopbouw Irak
De Amerikaanse overheid heeft onvoldoende inzicht in de werkelijke kosten van de wederopbouw van Irak. Veel Amerikaanse hulpprojecten zijn veel duurder geworden door de noodzakelijke extra beveiliging en van sommige projecten is volstrekt onduidelijk hoeveel geld er tot dusver aan is besteed. De kans bestaat dan ook dat Washington uiteindelijk veel meer geld kwijt is dan begroot.
Dat berichtte The Washington Post maandag op gezag van een nog niet verschenen rapport van inspecteur–generaal Stuart Bowen. Hij is binnen de Amerikaanse ’Rekenkamer’ verantwoordelijk voor het toezicht op de geldstromen naar Irak. Het Amerikaanse Congres stelde in 2003 18,4 miljard dollar beschikbaar voor Iraakse hulpprojecten. Daarvan is tot dusver ongeveer een kwart uitgegeven.
Niet minder dan twaalf ministeriële afdelingen zijn betrokken bij de besteding van Amerikaanse hulpgelden. Het departement van Defensie kan beschikken over 70 procent van het budget.
Volgens Bowen zijn er nu al verscheidene projecten die de helft tot 85 procent duurder uitpakken dan gedacht. Er zijn vooral extra kosten wegens aanvullende beveiligingsmaatregelen, maar hoe hoog die extra kosten precies zijn, is onduidelijk. Daarenboven zijn er aanwijzingen dat de boekhouding rond sommige projecten onder de maat is en mogelijk is er ook sprake van fraude door ambtenaren.
