C van CDA heeft nog inhoud
De C van het CDA heeft wel degelijk inhoud, zei minister mr. J. P. H. Donner
zaterdag op een bijeenkomst waarmee de partij haar vijfde lustrumjaar opende. Een samenvatting. De C van het CDA? Met die vraag betreden we heilige grond. Zij is generaties tot inspiratie geweest. „Een samenleving waarin de bijbelse gerechtigheid gestalte krijgt, de mens zijn vrijheid en verantwoordelijkheid kan beleven en waarin het welzijn van velen wordt gediend.” Zo formuleerden we het 25 jaren geleden.
Heilige grond; maar ook een slagveld, zeker als het om de betekenis van dat uitgangspunt gaat. Want over het beleid zijn we het meestal nog wel eens, maar over de vraag of het voldoet aan de bijbelse gerechtigheid vaak minder. Dat is nu niet anders dan vroeger. Wat een hoeksteen van beleid zou moeten zijn, is vaak een steen des aanstoots. En niet alleen intern.
Toch kunnen we er niet over zwijgen. Want wat is het CDA zonderde C? Een democratisch appèl; dat is niet veel meer dan pragmatisch de waan van de dag vertolken en wanhopig pogen je van andere partijen te onderscheiden. Het is niet herkenbaar en niet geloofwaardig. We mogen ook niet zwijgen. Deze tijd behoeft christen-democratisch beleid; meer dan ooit.
Waar staat de C van het CDA voor in onze tijd; wat bindt ons, wat beweegt ons; wat is het waarom, waarheen en waartoe van het CDA?
Voor velen is dat geen vraag. In hun ogen staat de C voor een beleid in dienst van barmhartigheid en naastenliefde. Vraag voor hen is vooral of we het ook waarmaken.
Theocratie
Het is één zienswijze, maar er is ook een keerzijde. We liepen vast in een eenzijdige kijk op gerechtigheid. Gerechtigheid heeft twee gezichten; een individueel en een collectief. Recht doen in afzonderlijke gevallen kan averechtse effecten hebben voor velen; zeker in een snel veranderende wereld. Vraag is of naastenliefde en barmhartigheid wel een bruikbare maatstaf bieden. Het zijn persoonlijk geboden uit geloof.
Geloof en politiek horen samen, maar dan gaat het niet om het omzetten van bijbelse geboden in Nederlandse wetten; dat zou theocratie zijn, niet christen-democratie. Christen-democratie is breder; dat blijkt uit de politieke bijdrage die zij heeft gehad op tal van terreinen. De rode draad daarbij is de invulling die in het politiek handelen wordt gegeven aan de bijbelse visie op mensen, op hun onderlinge verhoudingen en op hun verantwoordelijkheid jegens de schepping. Niet om anderen ons geloof op te leggen, maar omdat die visie vruchtbaarder is bij het vinden van duurzame, menswaardige oplossingen voor vraagstukken van samenleven. Vandaar dat christen-democratie zich tot de samenleving als geheel richt en een appèl wordt gedaan op ieder, van welke levensbeschouwing dan ook, die deze visie deelt.
Geloof privé
Het samengaan van geloof en politiek is niet uniek voor het CDA. Ieder denkt en handelt vanuit opvattingen over de zin van het leven, over mens en maatschappij, over wat goed is en wat waar. Opvattingen die altijd op geloof berusten, op het zeker weten van wat niet bewijsbaar is. Want of men nu erkent dat leven een diepere zin heeft of dit ontkent, het is beide geloof. Het uitgangspunt dat geloof een privé-zaak is die niet in de politiek thuishoort is daarom een drogredenering. Het is blinde arrogantie die de eigen politieke vooronderstellingen zo vanzelfsprekend acht dat men ze niet meer als geloof ziet maar als objectieve, algemeen geldige waarheid.
Christen-democratie gaat uit van een werkelijkheid zoals die uit bijbelse en christelijke traditie naar voren komt. Een werkelijkheid waarin mensen verbonden zijn en tegengestelden samenhangen. Het gaat uit van een beeld van de mens die als Adam, als persoon geschapen is maar van wie God ziet dat het niet goed is dat hij alleen is. Van de mens die individueel wordt aangesproken, maar op zijn verantwoordelijkheid voor de ander. Van mensen die gelijkwaardig geschapen zijn, ieder naar Gods beeld, maar die sinds Babbel in diversiteit samenleven.
De C van het CDA is om die visie op de werkelijkheid tot uitgangspunt van beleid te maken. Het biedt een beter perspectief op de toekomst en een vruchtbaarder houvast in een wereld van schijnbare tegenstellingen.
Waar staat de C van het CDA voor in onze tijd? De christen-democratie zal een vernieuwend antwoord moeten bieden. Anderen bieden vooral meer van hetzelfde; meer markt, meer overheid of meer isolement uit vrees voor een boze wereld en een onzekere toekomst. Wij hebben de bouwstenen voor vernieuwing, maar dan moeten we wel terug naar de tekentafel.
Vraag is niet: Hoe terug, maar: Hoe verder? Het Koninkrijk ligt niet achter ons, maar voor ons. Maar daarin ligt ook een geruststelling, het Koninkrijk is niet van deze wereld. Het zal niet in één keer goed gaan. We mogen steeds weer opnieuw beginnen en uiteindelijk hangt het niet alleen van ons af. Ook dat is de C van het CDA. Deze tijd behoeft christen-democratisch beleid; meer dan ooit. Dat vraagt moed en beleid; het vraagt verantwoordelijkheid en vertrouwen.
De auteur is minister van Justitie en lid van het CDA.