Strijd om behoud kleine verkooppunten strippenkaarten
De plannen om vanaf mei ongeveer 350 (kleine) verkooppunten van strippenkaarten te schrappen krijgen nog een staartje. Minister Peijs (Verkeer) toonde zich woensdag in de Tweede Kamer bereid navraag te doen bij consumentenorganisaties zoals Rover, of ze in de regio problemen verwachten.
Peijs wil niet zover gaan om Vervoerbewijzen Nederland (VBN), als concessiehouder in de ogen van de linkse oppositie de boosdoener, terug te fluiten en het besluit ongedaan te maken. Maar volgens de wet had VBN organisaties als Rover, de Consumentenbond en ouderenbonden advies moeten vragen, beaamde de minister. Dat is niet gebeurd. Rover is nog steeds zeer ontevreden. „Geen overleg, geen sluiting", reageerde woordvoerder R. Spithorst, die niet uitsloot dat Rover de minister om een zogenoemde aanwijzing zal vragen.
De bewindsvrouw tilde niet al te zwaar aan de plannen van VBN. Volgens haar gaat het om verkooppunten (350 van in totaal bijna 5500), waar niet meer dan twee of drie strippenkaarten per dag over de toonbank gaan. Dat kost een hoop administratie. Bovendien blijven er in de omgeving genoeg gewone en informele verkooppunten over. Met dat laatste doelde ze op bejaardenhuizen en scholen. Peijs had ook geen klachten gehad. CDA–partijgenoot en –fractiewoordvoerder Mastwijk, die aanvankelijk ook kritisch was over de VBN–plannen, zei dat haar na. PvdA, SP en GroenLinks riepen de minister echter op tot actie. Zij ging op dat verzoek in.