De verdachten runden zes zogenoemde booter- of stresser-diensten. Die heetten Cfxapi, Cfxsecurity, neostress, jetstress, quickdown en zapcut. Klanten hadden geen enkele technische kennis nodig, ze hoefden alleen het doelwit en de gewenste duur van de ddos-aanval door te geven. Na betaling werd het opgegeven systeem platgelegd met dataverkeer. Een bedrag van 10 euro was genoeg voor een kleine aanval. Tussen 2022 en 2025 zouden onder meer bedrijven, gamesites, overheden en scholen zo getroffen zijn.

Nederland heeft eerder zulke booter-platforms overgenomen. Rechercheurs kregen daardoor gegevens over hun gebruikers in handen, en die informatie heeft Polen geholpen om de vier verdachten op te sporen.

De Nederlandse politie maakt ook gebruik van nagemaakte booter-sites, om bezoekers het gevoel te geven dat ze in de gaten worden gehouden. Via Google-advertenties werden bezoekers naar die sites geleid. Toen ze een aanval wilden bestellen, kregen ze een waarschuwing.

Bij een internationale week tegen booter-platforms hebben de Verenigde Staten negen domeinnamen uit de lucht gehaald.