De slang en de boom waren er
Er is alle reden om vast te houden aan ”Assen-1926”, meent dr. M. J. Arntzen
. Hij reageert op de notitie die de vrijgemaakte deputaten kerkelijke eenheid aan de generale synode 2005 hebben gezonden. In dit rapport stellen zij onder meer dat de GKV en de Christelijke Gereformeerde Kerken elkaar in hun samensprekingen niet kunnen binden aan „uitspraken die in het verleden in een concreet geding gedaan zijn, zoals Assen 1926.” Het is al bijna tachtig jaar geleden dat de buitengewone generale synode van Assen in 1926 de opvattingen van dr. J. G. Geelkerken over Genesis 2 en 3 veroordeelde, en uitsprak dat de bomen in het paradijs en het spreken van de slang, in die hoofdstukken vermeld, zintuiglijk waarneembare werkelijkheden waren. Deze uitspraak is wel in 1967 door de toenmalige Gereformeerde Kerken in Nederland (thans opgegaan in de PKN) herroepen. Maar velen achten zich nog steeds aan de beslissingen van 1926 gebonden, ook bijvoorbeeld de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt. Wel is het zo dat ook in deze kerken meerderen, en nogal vooraanstaande leden van die kerken, zich van deze uitspraken distantiëren, en de betekenis daarvan proberen te verzwakken.
Ondergetekende, die als tiener de ”kwestie-Geelkerken” bewust heeft meegemaakt, is echter onverminderd overtuigd van de noodzaak en juistheid van de beslissingen van Assen. We moeten die ook, tegenover allerlei misverstand en kritiek, blijven verdedigen.
Meermalen wordt gehoord dat Geelkerken is veroordeeld om een bepaalde exegese van genoemde hoofdstukken: men kan letterlijk nemen wat er staat van de boom des levens en de boom van kennis van goed en kwaad, maar het zou ook een inkleding kunnen zijn -zinnebeeldige taal dus- om het feit van de zondeval te verklaren. Geelkerken koos dan geen positie. Hij zei dat er op dit punt evenveel geleerde uitleggingen waren als geleerde uitleggers. Maar de synode stelde terecht dat het hier niet ging om een of andere exegese, maar om de klaarblijkelijke bedoeling van wat de Schrift openbaart.
Vertelconventies
Er wordt ook geredeneerd: Assen is al zo lang geleden. Het ging toen om een bepaalde kwestie in die tijd. Wat hebben wij daar nu nog mee te maken? Dan vergeten wij dat in deze tijd in gereformeerde kerkgemeenschappen van verschillende signatuur ideeën verkondigd worden die aanmerkelijk verder gaan en mijns inziens gevaarlijker zijn dan de opvatting van dr. Geelkerken destijds. We denken bijvoorbeeld aan de opvattingen van drs. A. L. Th. De Bruijne in de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt. Hij spreekt van vertelconventies bij de geschiedverhalen in de Bijbel, met name ook in het Oude Testament. Dan blijft er wel een historische kern, maar van allerlei details kan men dan niet zeggen dat het echt zo gebeurd is. Maar het zijn wel heel riskante ontwikkelingen, en het zou wel onwijs zijn juist in zulk een tijd van crisis en spanningen Assen te ontkrachten of te relativeren. Waakzaamheid blijft geboden.
Men stelt ook wel, zoals onlangs in een notitie van deputaten kerkelijke eenheid van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (te lezen in het kerkelijk orgaan De Reformatie van vorige week), dat de uitspraak van Assen geen confessionele status heeft. Nu is deze uitspraak niet toegevoegd aan de geldende belijdenisgeschriften, maar men heeft zich wel op de belijdenis beroepen, namelijk op artikel 3-7 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis (over het gezag van de Heilige Schrift).
Verder zijn er nu eenmaal kerkelijke uitspraken die wel geen belijdenis zijn, maar in een bepaalde situatie wel nodig zijn om tegenover allerlei opkomende dwaling de kracht en betekenis van onze belijdenis nog eens te onderstrepen.
Zo heeft men in Zeeland in 1693 de Walcherse artikelen opgesteld. Tegenover allerlei verlichte denkbeelden heeft men nog eens met nadruk gewezen op de verdorvenheid van de mens, ook van zijn denken. Ons verdorven verstand kan niet beslissen over de goddelijkheid van de Heilige Schrift. Zo blijft het voor deze tijd nodig te wijzen op het gezag van Gods Woord, zoals het zich aandient en niet aangepast aan het denken van deze tijd, of bijgesteld in verband met zogenaamde wetenschappelijke ontwikkelingen.
Ervaren
Een ander punt: een uitspraak over de belijdenis of het bijbelgezag komt vaak tot stand en is noodzakelijk in verband met een stroming die zich min of meer los wil maken van het gezag van de Bijbel en de belijdenis. Dr. Geelkerken was eigenlijk de personificatie van de „beweging der jongeren” zoals die zich destijds manifesteerde. Men wilde zich in die kringen verzetten tegen allerlei strakke bindingen. Bij meerderen was sprake van een vrij wereldse levensstijl. Er was ook sympathie voor niet-gereformeerde christenen, bijvoorbeeld voor de ethischen. Daar waren vrome en oprechte christenen bij. De grote fout van de ethischen was echter hun schriftbeschouwing. Deze kwam, grof gezegd, daarop neer dat de Bijbel in zoverre gezag heeft als wij die als Gods Woord ervaren. Maar dan wordt het zwaartepunt gelegd bij en in de mens, en in dit opzicht was en is Assen een goede remedie.
Wie zal zeggen dat soortgelijk gevaar ons nu niet bedreigt? Het individualisme verslaat zijn duizenden. En dit gaat ons niet voorbij. We horen vreemde geluiden. Bijvoorbeeld: we moeten in de Bijbel en in de prediking onszelf tegenkomen, we moeten „ons verhaal” erin horen. Maar dan heeft in feite de autonome mens te zeggen wat er staan moet en wat we lezen moeten. Maar Assen-1926 zegt: Neem de Schrift aan, zoals het er staat.
Dat is niet naar de (moderne of postmoderne) mens. Maar wel vóór de mens, die van de boom der kennis at, Gods gebod overtrad en zichzelf en al zijn nakomelingen in het verderf stortte. Maar er is verlossing door de komst van de tweede Adam, Zijn gehoorzaamheid en zalige opstanding. Dat mogen we letterlijk nemen. Net zo letterlijk als Genesis. En daarom is het een hachelijke zaak de uitspraken van de Asser synode te relativeren en haar kracht te ondermijnen.
De auteur is emeritus predikant binnen de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt.